Op zoek naar een mooi, leuk en uniek kado? Ga in nieuw scherm naar mijn PASFOTOBOEKJES en schrijfboekjes-site.











Of bekijk de kleurrijke schilderijen-expositie van m'n broer.











Ontdekking van de
Vrije Friezen








Reisverslag van hun route (Deel 1, Versie 4.3, 10 februari 2018)

Critzum Ditzum Nieuwe Statenzijl Emden Suurhusen Aurich Südbrookmerland Aurich Moordorf Wirdum Grimersum Greetsiel Norden Norddeich Carolinensiel Wittmund Jever Nordenham Paddingbütteler Altendeich Dorumer Neufeld Cuxhaven Otterndorf Elbe Bad Bramstedt
Neuendorf Sachsenbande Nord-Ostsee-Kanal Büsen Wesselburen Eider Sperrwerk Sankt Peter Ording Kotzenbüll Friedrichstadt Husum

Bordelum Schlüttsiel Niebüll Lexgaard Bredstedt Rantrum Heide Nord-Ostsee-Kanal Itzehoe Glückstadt Elbe Stade Beverstedt Elbe Elsfleth Friesoythe Leer

Bestel
De Ommelanden

De presentatie van de boekenset De Ommelanden heeft plaatsgevonden op zondag 25 september 2022 tussen 13.00 en 15.30 uur te Westerwijtwerd!

De Ommelanden maakt deel uit van de reeks Het water verbindt.

Bekijk voor meer informatie - ook over de presentatie - op Het water verbindt of bestel direct de eerste set uit deze reeks.



Ook Ontdekking van de Vrije Friezen maakt deel uit van deze reeks en zal in druk verschijnen.

Dit is ons vierde reisverslag.
Het eigenlijk een soort vervolg op het weekendje Noord-Groningen. Gegrepen door het uitgestrekte landschap en het verhaal van de Vrije Friezen, gaan we op zoek naar het land van deze Friezen (in een gebied wat nu buitenland heet), te weten Ostfriesland en Nordfriesland. Oogt dat land hetzelfde wat we ontdekt hebben in Noord-Groningen? Waarom heet Groningen eigenlijk Groningen en niet bijvoorbeeld ook gewoon Friesland (ik noem maar iets)? Is er naast West-Friesland ook nog een Zuid-Friesland? Of zijn dit onzinaanduidingen? Hoe zit het nu eigenlijk met die Friezen en vooral de Vrije Friezen. Kortom een zoektocht naar het verhaal van en over de Friezen.
'Kruistocht in Spijkerbroek'
'Rondje om Zwitserland'
'weekendje Noord-Groningen'
'Ontdekking van de Vrije Friezen'
'Hanzesteden aan de Oostzee'
'Friesland - provincie in Nederland'
'Friesland uit het veen'
'Aan de oevers van de Schelde'
'Rondom de Gelderse IJssel'
'De Ommelanden'
'Het Bildt'
In 2012 wordt de zoektocht naar de handelende Friezen voorgezet in het reisverslag 'Hanzesteden aan de Oostzee' en in 2013 bezoeken we de Friezen in Friesland, provincie in Nederland, waarbij de vondsten (foto's, literatuur, feiten) in het literatuuronderzoek worden vermeld.
Deel 1: Reisverslag
Deel 2: Literatuuronderzoek
Deel 3: Literatuurlijst
Uiteraard hebben bij deze reis ook weer een hoop foto's gemaakt om het verhaal te illustreren. We kwamen ook bijzonder veel nieuwe boeken tegen, die hopelijk antwoorden bevatten op de gestelde vragen. Naast dit Reisverslag, mondt deze reis uit in een Literatuuronderzoek. Deel 3 Literatuurlijst sluit dit geheel af. Veel van deze boeken op deze lijst zijn tegenwoordig online te lezen. De titels van deze boeken heb ik gelinkt naar de full-text boeken, zodat ze niet meer opgezocht hoeven te worden.


Voor het gemak is de route hierbij geplaatst. Klik op de route-afbeelding voor een vergroting in een nieuw scherm. (Afhankelijk van de scherminstelling, vergroot de afbeelding op originele grootte en klik dan met de scrol op de afbeelding, zodat er niet gescrold hoeft te worden, maar de richting met muisbeweging gedaan kan worden.)
Of u klikt op de Google-maps link om de route hierin te volgen.
Ook voor de foto's en andere afbeeldingen geldt: klik op de afbeelding voor een vergroting in nieuw scherm.
Reist u weer mee?






Dag 1: van huis naar Emden
Via de A37/E233 de Nederlands-Duitse grens over. In Duitsland de 102/E233 volgen tot de 31. Hierna de 31 richting het noorden (Emden). Voor de Eems verlaten wij de 31 en rijden via de L15 richting noorden langs de Eems. Bij Jemgum aangekomen gaan we het dorp in en rijden richting de dijk, die via de Ziegeleistraße te bereiken is. Hier zien we voor het eerst de Eems of Ems.
We vervolgen de L15 en komen al vlot ons eerste -als direct herkenbare- wierdendorp tegen: Midlum. Zo gaan we er hopelijk nog een aantal tegenkomen.


      Critzum
Het volgende dorp
Critzum voldoet ook zeker aan de eisen.

k  a a r  t  1
de Eems

Jemgum

Achter d'Kark, Critzum

De straten "Achter d'Kark" en "Unner d'Wierd" zijn prima te begrijpen vanuit het ABN en 't Gronings.
Een week hiervoor hadden we plaatsen rondom Wymeer enkele begraafplaatsen bezocht, om te kijken of hier mogelijk nog bekende familienamen voorkomen, aangezien een aantal van mijn voorouders hier vandaan komen. We hebben echter geen enkele gevonden. Wel vonden we dat er wel een hoop Nederlands-achtige namen er nog steeds voorkomen. De meeste graven zijn recente datum. Oude graven komen hier zelden voor.
Dus eens kijken hoe dit bij Critzum zit. Op dit kleine begraafplaats lijken de namen inderdaad ook hier en daar Nederlands.
We rijden door en zien nog een aantal wierden voorbijkomen, al zijn ze niet allemaal radiaal, sommige zijn ook vierkant of rechthoekig/langwerpig: Hatzum, Ditzum en Pogum.


      Ditzum
Bij Ditzum werden we aangetrokken door de molen en kerktoren en zodoende reden we dit dorpje via de Hofstraße even binnen. Het dorpje bleek toch iets groter te zijn, dan het op het oog lijkt.
Ook hier valt meteen de stenenkleur op, waarvan de straat, stoep, de huizen en muurtjes zijn gemaakt. Allemaal uit hetzelfde klei lijkt het wel. Bij sommige stenen zie je het snijden van het klei nog voor je. Soms zit er een hard stukje in de klei en dit harde stukje veroorzaakt een kras als je gaat snijden. Je ziet dit dan als een boog van de snijrichting terug in de klei.
Nu we hier waren uitgestapt, gingen we maar even aan de wandel. We stonden naast de kerk geparkeerd en liepen rechtdoor naar een bruggetje dat we zagen. Het bruggetje ging over de Ditzum-Bunder Sieltief. En we zagen aan het einde van dit
diep de siel/zijl. De siel van de Ditzum-Bunder Sieltief ziet er eender uit als die we in Termuntenzijl hebben gezien. Uiteraard zijn ze nu een stuk geavanceerder dan het eerste exemplaar uit zeg de 12e eeuw. Hierover komen we nog te spreken.
Wat verder opvalt op de foto is het gele reclamebord. Dit draagt de tekst "Tee is klor". Vanuit het gronings "Thee is klaar". Hoezo? Bij ons staat de koffie altijd klaar. Waarom hier de thee? En hoezo "Tee is klor" en niet op z'n duits?
We liepen terug van het bruggetje en gingen rechtsaf de Kirchstraße en via Sielstraße naar het sluisje. Hier hadden we een mooi uitzicht over het haventje. In het sluisgebouw staan enkele herinneringsteksten gemetseld:

Mit dem bau der Deiche - ca 1000 n Chr. wurden für die entwässerung des binnenlandes Siele erforderlich.
Aus dem Jahre 1546 ist der neubau eines Sieles in Ditzum, damals aus holz, überliefert. Das erste massive Siel aus Ziegelsteinen wurde 1752 errichtet. Dieses Siel wurde 1891 abgebrochen und an gleicher stelle, auf der alten pfahlgründung, das noch heute erhaltenen und im binnenhaupt und gewölbe unverärte grösseren Siel gebaut.
Zum besseren schutz gegen Sturmflutten wurde das Siel im aussenhaupt verlängert und verstärkt.
Diese arbeiten wurden 1985/86 im rahmen des neuen Sturmflutschutzes für die ortslage Ditzum ausgeführt.

"Nach schweren sturmfluten entstand aus besiedelter landschaft ein gezeitenmeer: Der Dollart (1362-1509). Ostfriesische und Niederländische anrainer wagten eine neue existensz: Die Wattfischerei.
Bis mitte des 20. Jahrhunderts trugen frauen den Dollartfisch weitin in Stadt und Land. Tragejoch un Frachtkörbe waren ihre kennzeichen.
Die Skulptur "Tant' Dientje" im Fischer- und Fährhafen Ditzum erinnert an den Frauenalltag am Dollart."

Even verderop zien we het Eems-pontje Ditzum-Petkum binnenkomen. Hierop kunnen ook enkele auto's, maar is voornamelijk bestemd voor fietsers en wandelaars. Aangezien wij de hele polder gaan rondrijden, maken wij dan ook geen gebruik van dit pontje.
We liepen het rondje in het dorp af en gingen nog even iets drinken bij dat lüttje Café. Aan de achterzijde hadden we het bord "Tee is klor" gezien. Met de man van het café even gesproken over het bord. Het gaat om een aan het Gronings verwante Plattdüütsch (of plattdeutsch, Nedderdüütsch). Op de site van het café staat in het Plattdüütsch een gedicht van Enno Wilhelm Hektor.

Hierna reden we door naar Pogum en bij Dyksterhusen gingen we even op de dijk kijken naar de Dollard.
Bij Heinitzpolder reden we door de oude dijk. Op de foto kun je de beveiliging voor hoogwater nog zien zitten.


      Nieuwe Statenzijl
Even verder zagen we Nederland alweer opdoemen en konden het niet laten om even naar Nederlands grondgebied te lopen, want met de auto gaat dat niet:
Nieuwe Statenzijl.
Hier loopt het water van de Westerwoldse Aa door de sluis de Dollard in. De Dollard/Dollart is een belangrijke kraamkamer voor brakwatervissen en Noordzeevis. Daarnaast is het een belangrijke tussenstop voor de trekvogels. Hiervoor staat -als enige in Nederland- een vogelkijkhut "de Kiekkaaste" buitendijks. Het pad ernaartoe is een vernoeming naar Marcellusvloed van 1362: Marcelluspad.
Hoogwater in december 2011 in dit Dollard-gebied. Konden we deze zomer door het riet naar het Kiekkaaste lopen, door vloed met opstuwende wind vanaf de Noordzee gaat dit nu niet. Zie ter vergelijking de vakantiefoto 'Kiekkaaste bij Nieuwe Statenzijl' hiernaast. Het bordje van het pad staat bijna onder water. We hebben hier slechts te maken met een verhoging van ongeveer 1½ meter.
Multi-instrumentalist Bert Ridderbos, maker van deze foto's ziet echter ook een heel ander probleem van deze verhoging. En deze zit aan de binnenkant van dijk. Als de zeewaterstand hoger is dan de kanaalstand kan het water niet gespuid worden. En er is sinds 1 december nogal wat hemelwater gevallen. Dit water komt binnen 3 à 4 dagen hiernaartoe. En dus stijgt hier in het kanaal ook de waterstand.
Als de wind (en dus het opstuwen) niet afneemt kan er niet gespuid worden en zal uiteindelijk het water over de polderdijk komen. Gelukkig is de wind afgenomen en de zeewaterstand gedaald, zodat het overtollig binnenwater geloosd kan worden.
Op het informatiebord van het Groninger Landschap staat verder ook een waarschuwing te lezen vanwege dit buitendijkse pad: Aangezien het eb en vloed hoogteverschil hier 3 meter is wegens komstuwing, moet men bij storm of zeer harde westen of noordwestenwind op de dijk blijven. Bij normaal weer is het pad ook bij vloed begaanbaar. Mocht men onverhoopt toch overvallen worden door hoogwater, blijf dan veilig in het Kiekkaaste totdat het water weer zakt.
Bij de sluis stond ook het gedicht/lied van Ede Staal: Nij Stoatenziel.

Na dit Gronings uitstapje liepen we weer terug naar de auto en reden via de diverse polders naar Bunde. Hier namen we de autosnelweg om via de tunnel onder de Eems naar de andere kant te komen.


      Emden
Aangekomen bij de 70 gingen we naar
Neermoor, waar we de L2 pakten om weer naar de Eems te rijden. En zo reden we door Terborg, Middelsterborg, Woltersterborg, Rorichem, Oldersum, Gandersum, Petkumer Münte, Petkum, Jarßum en Borssum en kwamen we aan in Emden. Gezien het tijdstip, leek het ons het moment om hier een hotel te zoeken. We reden door het centrum en zagen dat er genoeg hotels voorbijkwamen. We reden het vestinggedeelte weer uit en kwamen op de Auricher Straße Hotel Kronprinz tegen. Dit leek ons wel iets. We waren nog niet echt ver uit het centrum, dus daar konden we zo naar toe lopen en het was hier al gratis parkeren, dus op verlopen parkeerkaartjes hoefden we ook niet te letten.
We checkten in en konden de auto op het terrein achter het hotel parkeren.

En vervolgens liepen we terug naar het centrum, om een restaurant te vinden.
Onderweg kwamen we een boekhandel tegen en zochten we een centrumplattegrond van Emden. "Zo groot is Emden niet," kregen we te horen van het personeel en namen we een algemene plattegrond van Emden. Ondertussen was ook onze interesse gewekt door een tafel met boeken, kaarten en dergelijke over Ostfriesland. Daar moesten we de volgende dag maar even naar gaan kijken. Als advies kregen we mee om te gaan eten op het Feuerschiff Restaurant, wat tevens ook een museum was. Ook kregen we uitleg waar het Ostfriesische Landesmuseum zat.
We liepen de winkelstraat verder uit en zagen het schip liggen. Gezien het menu konden we hier wel eten.
Omdat het nog vroeg was, liepen we langs de promenade terug richting de kerktoren. (Aangezien de kerktoren meestal in het midden van het dorp of stad ligt, lopen we daar meestal ook naar toe ervan uit gaande dat het ook het midden is.) Via Am Delft en Große Straße kwamen in de Kirchestraße en bij de Große Kirche Emden, tegenwoordig huist hierin de Johannes A Lasco Bibliothek. Ook hier lag een kerkhof en daarop zijn we gaan kijken. Ook hier vonden we Nederlandse namen en weer bijna geen oude graven. Van een aantal had ik het idee, dat de namen me bekend voorkwamen en deze heb ik voor de zekerheid maar gefotografeerd.
Vervolgens liepen we via de aangeduide "Altstadt" terug, maar tot onze grote verbazing kwamen we welgeteld 2 oude gebouwen tegen. Tegenover de kerk hadden we nog een betonnen blokkendoos gezien vol met graffiti. De rest was allemaal lelijke jaren 50-60 "nieuwbouw". Vreemd.
Nu gingen we maar eens richting de Georg-Breusing-Promenade en traden we aan boord van de voormalige Brandweerboot "Amrumbank", waar we gingen eten. Na het eten gingen we nog even in Grand Café Am Stadtgarten een paar lekkere koffies drinken.
Na de koffie teruggewandeld naar het hotel, waar we al tegen 22:00 gingen slapen. We waren kennelijk erg moe.

de molen in Ditzum

de kerk in Ditzum

de 'siel' of zijl van Ditzum

haven van Ditzum

"Tant' Dientje" bij de zijl te Ditzum

auto en fietspontje van Ditzum

op de dijk bij Dyksterhusen

de dijk bij Heinitzpolder, met afsluitbare weg.

Nieuwe Statenzijl

Kiekkaaste bij Nieuwe Statenzijl

Jantje Vis
Emder Fischermädchen

1887-1956
"Peterke"
Emder Strassenfegerin


Große Kirche te Emden


"Amrumbank" te Emden


tafel "Amrumbank" waaraan we aten


vanuit "Amrumbank"


Hotel Kronprinz te Emden

Nij stoatenziel

Nij Stoatenziel, doe bist mien end en mien begun
Doe bist mien moan, en doe bist ook mien zun
En bie leeg wotter spaigelt Dollerd zich in 't sliek
Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter diek, oh joa
Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter dien

Vlak achter Drijburg in mien mooie polderlaand
Ligstoe te dreumen aan die gruine diekenraand
En in November zai 'k de ganzen in heur vlucht
Ze schreven dien noam tegen de strakke blauwe lucht, oh joa
Ze schreven dien noam tegen de strakke blauwe lucht

Nij Stoatenziel, veur wel de rust en roemte wil
Doar staait 't tij en sums de tied nog even stil
En bie leeg wotter spaigelt Dollerd zich in 't sliek
Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter diek, oh joa
Nij Stoatenziel, doar wil ik strunen achter diek
Nij Stoatenziel, Nij Stoatenziel
Nij Stoatenziel, Nij Stoatenziel...



Ede Staal
In Oostfreesland is't am besten

In Oostfreesland is't am besten
over Freesland geit der nix!
War sünd woll de Wichter mojer,
war de Jungse woll so fix?
In Oostfreesland mag ik wesen,
anners nargens lever wesen,
over Freesland geit der nix.

Nargens bleiht de Saat so moje,
nargens is de Buur so riek,
nargens sünd de Kojen fetter,
nargens geiht de Ploog so liek,
nargens gifft't so feste Knaken,
weet man leckerder to maken
Botter, Kees' un Karmelkbree.

Nä,'t is nargens, nargens bäter
as war hoch de Dieken staan,
war up't Eiland an de Dünen
hoch herup de Bulgen slaan;
war so luut de Nordsee bullert,
war ji könen up de Dullert
Dreemast-Schepen faren seen.


War in'd Wagen Törf un Kienholt
worden haalt van't Hochmoor her;
war de ganse Welt sück lüstig
makt up't Is bi't Eierbeer;
war s' int Feld mit Kloten scheten,
wor se Bookweit-Schubbers eten,
Harm up Freersfoten geit.

För Oostfreesland, för Oostfreesland
laat ick Blot un Leven geern,
was'k doch man weer in Oostfreesland,
war so mennig söte Deern!
In de Frömde wünsk ik faken:
Kunk doch Moders Breepott smaken;
sat'k doch weer in 'd Hörn bi't Für!



Enno Wilhelm Hektor







Dag 2: van Emden naar 'Großes Meer' Südbrook-
merland

Vanwege het vroege slapen, waren we ook weer bijtijds wakker en zo zaten we al fris en fruitig om 7:30 uur aan het ontbijt.
k  a a r  t  2
vroeg aan het ontbijt

bijzondere aankleding

Heleen had gisteren al een aantal grappige bijzonderheden in de hal waargenomen. Ook in de ontbijtzaal zaten er een aantal. Zo hing er een bord met 'Versugslabor' op de deur naar de keuken en hadden ze tussen de gebruikelijke schilderijen ingelijste kindertekeningen opgehangen. Kortom, doe maar gewoon hoor, dat doen wij ook.
Na het ontbijt onze spulletjes weer in de auto geladen en uitgecheckt. De auto een straatje verderop geparkeerd, omdat we nog naar het Ostfriesische Landesmuseum wilden. Hier aangekomen bleek deze echter pas om tien uur open te gaan. Dus liepen we het winkelstraatje "Bruckstraße" maar verder door tot aan de Rote Mühle. Onderweg kwamen we nog een houten zeilschip tegen in de haven en de Neue Kirche Emden. Ook rondom deze kerk lag een kerkhof en we zijn dan ook hier even overheen gelopen.
Een van de eerste opvallende stenen was beschreven in het Nederlands:
Opregtheid die
geen schuld verbloemt,
In niets dan in
genade roemt,
Bezield hem voor
Gods oogen.
Met raad en daad
voor land en kerk,
Bedreef hy yv'rig
's Heeren werk.
Zocht Jezus te verhoogen
Zyns Heilands wekstem
wacht hy af,
En ryst dan heerlyk
uit het graf.

******

Beeldhouwwerk: 2 neerwaarts gekruiste brandende fakkels
----
Let op den vromen
en ziet naar den
opregten,
want het einde
van dien man
zal vrede zyn

Ps.37 vs.37
----
Beeldhouwwerk: gekruist kruis en anker bij elkaar gehouden door drinkbeker

*******

Beeldhouwwerk: vlinder
-----
Hier rust
het stoffelyk deel
van den
WelEerwaarden Heer
Henricus Johannes
Hitjer
in leven Bedienaar
des H. Evangeliums;
geboren te Emden
den 17 Febr. 1798,
en gestorven aldaar
den 11 Mei 1843.

*******

DANKBARE LIEFDE
PLAATSTE
DIT MONUMENT.


Archeologische opgraving in de Neue Kirche Emden

Ook hebben we even binnen gekeken, maar in de kerk werd het binnenwerk gerenoveerd. Ook was er een technicus voor archeologisch onderzoek bezig om de bodem uit te spitten.
Hij had nog niets bijzonders gevonden. Op het moment dat ik binnenkwam, was hij tot de laag van de brand gekomen. Brand ontstaan na bombardement in WOII. De kerk was compleet verwoest. Alleen de buitenmuren stonden nog zo'n 2 meter hoog.



Hierna brachten we een bezoekje aan het Ostfriesische Landesmuseum. Het ging mij in eerste instantie om te kijken of ze hier ook de geografische kaart van de Dollard hadden, die ooit in het raadshuis van Emden had gehangen. Ze bleken nog veel meer te hebben. Yes! Ook de andere verdiepingen lieten een mooi beeld zien.
We begonnen helemaal bovenaan: uitzicht over Emden.

Vervolgens zakten we af naar de 4e verdieping: de Emder wapenkamer. Als je dit gezien hebt moet je de beelden die je uit alle films die je gezien hebt bijstellen, want dit zijn toch werkelijk iets andere wapens dan die ik normaal gesproken op het doek zie. Gelukkig is dit allemaal bewaard gebleven. Want toen we de derde etage bekeken hadden, begrepen we waarom Emden eruit zag, zoals ze er uitziet. In WOII was Emden met de grond gelijk gebombardeerd. Op een enkel gebouw na, lag het helemaal in puin. Het was erg triest om te zien hoe een verwoeste stad eruitziet in bewegend beeld. Je kunt bijna de stank en brandlucht ruiken. En dit alleen maar, omdat een aantal mannetjes niet weten hoe ze met macht moeten omgaan. Triest, diep triest!
.....

Weer een verdieping lager, zagen we diverse schilderijen, van personen, van schepen en van landschappen etc.
Hier een schilderij "landschap in de storm" van olieverf op hout uit 1640 van Maerten Fransz. van der Hulst (1605-1645), een Leidenaar.
Een mooi beeld hoe de dijken met siel er in die tijd uitzagen.

Ook kwamen we hier naast handschriften, oude gedrukte boeken tegen. Een titel en auteur wil ik hier toch even noemen:
* Korte Bekendtnisse der christlicken Lehre / Menso Alting (1541 Eelde - 1612 Emden)

Op de eerste verdieping werd het vroegere leven verbeeld in een mooie maquette. En op de begaande grond was een zaal ingericht met lades met prachtige kaarten. Aangezien het bijna onmogelijk is hiervan goede foto te maken (glasplaat, licht) wil ik toch een plaatje tonen, die de werking verbeeldt van een siel. Deze afbeelding is een uitsnede van een kaart van Johann Baptist Homann 1718 en verbeeldt de stormvloed van 25 december 1717. Helaas is de tekst niet te lezen. Gelukkig kwam ik naderhand een prachtig kaartenboek tegen.

Intussen was het middag geworden en werd het tijd voor een terrasje met lunch. Dezelfde waar we gisteravond nog even een koffie hadden gedronken.
Na de lunch wilde in nog even in de Große Kirche in de Johannes A Lasco Bibliothek kijken, omdat het een bibliotheek is en omdat er vanuit het Ostfriesische Landesmuseum naar verwezen werd. Daar aangekomen, bleek het pas later in de middag open te gaan. Jammer.
Wel konden we nog een foto maken van het lelijke betonnen blokkendoos, wat dus een bunker voor de bewoners bleek te zijn.

Op de terugweg naar de auto, kwamen we de boekhandel weer tegen en daar wilden we nog even scoren.

Frisia Orientalis : Alte Karten und Geschichte von 1550 bis 1800 / Lutz Albers
ISBN 978-3-939870-84-5











Ostfriesland : Vom Leben unserer Vorväter zwischen Meer und Moor / Jan Tjaden
ISBN 978-3-937843-23-0
De heer Tjaden neemt ons mee, in zijn ontdekkingstocht naar zijn voorouders. Hij probeert zijn familie met deze achternaam te achterhalen in Ostfriesland. En zo komt hij ook langs plaatsen in het verdronken Dollardland, maar ook in Appingedam en het vroegere (punt van) Reide. Onderwijl verhaalt hij interessante wetenwaardigheden over de omgeving, geschiedenis, ((belang)rijke) mensen en gebruiken. Zo geeft hij als reden voor het dragen van een gouden oorring door zeelui: mochten ze dood aanspoelen na schipbreuk geleden te hebben, dat ze dan met deze oorring een christelijke begrafenis kunnen betalen.
Zo wijdt hij vanaf pagina 111 tientallen pagina's aan een verklaring voor de piraterij of zeeroverij op de Oostzee en de verdere gevolgen. Veroorzaakt door rivaliteit tussen koningin Margaretha 1353-1412 (Denemarken en Noorwegen) en de Koning Albrecht van Mecklenburg (Zweden). Door een zeeblokkade (later kwam haar opvolger de achterneef Erik van Pommeren op het idee om tol te heffen, de Sonttol 1429) op te zetten, probeerde ze Zweden d.m.v. uithongering onder druk te zetten. Echter de hoofdstad Stockholm hield stand, mede door hulp van ene Fries Klaus Störtebeker uit Friesland of Groningen (Termunten) die met zijn clubje de Likedelers (gelijkdelers), de schepen van de Denen beroofde en deze voorraden (de victualiën) afdroeg aan Stockholm en zo kregen ze de bijnaam Victualiënbroeders.
En door deze Sonttol-registers ben ík weer in staat om de Oostzeereizen van mijn eigen voorvaderen, bijvoorbeeld Klaas Piebes, te traceren.
Op pagina 110 beweert Tjaden, dat de Cirksena's met hulp van de Hanse, Ostfriesland weer enigszins gestabiliseerd kreeg ten opzichte van de zee kapingen en dat de boeren weer een beetje vertrouwen kregen in de Friese vrijheid.
Daarnaast presenteert hij op pagina 108 naast het reeds bekende groet 'Eala fria Fresena' en nieuwe "het ghilt eele frye fryse". Deze groet levert op het internet slecht één document op, en geeft dan ook nog geen vertaling. Wel wordt in dit gevonden "It aade Friesche Terp; of Kronyk der Geschiedenissen van de Vrye Friesen" van J. van Leeuwen (editor) en Johannes Hilarides (toegeschreven auteur 1677) het verhaal van de Upstalsboom verteld, waar deze groet werd gebruik: Daar vergaderden op den eersten Dingsdag na het Pinksterfeest telken jare de afgevaardigden der zeven Friesche Zeelanden. Men zag er de geestelijkheid, de edelen en de vrijgeboren mannen uit geheel den Staat zamenvloeijen, om de belangen des gemeenen Vaderlands voor te staan. De eerste dagen der bijeenkomst waren der gastvrije vrolijkheid gewijd. Auricks vrouwen en maagden ontvingen den aankomenden vreemdeling, en bragten hem den welkomsbeker toe, met den groet: het ghilt eele frye Fryse! Nog heden dansen hare nakomelingen op den Pinksterdag om den Meiboom, en zingen haar volkslied:
»Mayboom, Mayboom, holt die faste,
Morgen krieg wy fremde lue toe gaste!”

Wanneer de eerste dagen der gulle vreugde waren vervlogen, en langzamerhand alle afgevaardigden zich ter bestemder plaatse hadden vervoegd, ging men over tot de beraadslagingen. Er werden voorstellen gedaan, en voor te besluiten trok het volk ter onderlinge beraadslaging, zoo de overlevering wil, naar een nabij gelegen dorp, dat vandaar den naam van Rahde zou verkregen hebben. Voor den heuvel liggen twee akkers, nog de Wandelakkers genaamd, waar men wil, dat de Rigters gedurende deze beraadslagingen van het volk gewoon waren heen en weêr te wandelen. De besluiten der vergadering werden in schrift gebragt, en met een zegel voorzien. Dit zegel stelde voor een ’geharnasd’ man, met eene spies in de regter en een zwaard in de linkerhand, staande onder een’ bladerrijken boom. Het groote doel dezer landdagen was,—zoo als blijken kan uit verscheidene wetten, tot op onze dagen bewaard gebleven, die daar gemaakt zijn,—om in het belang van het geheele vrije land alle bestaande verschillen zooveel mogelijk te beslechten, vrede en rust te stichten en te bewaren, den weêrspanneling desnoods met geweld tot onderwerping te noodzaken, zich tot gemeenschappelijke weer tegen vreemden aanval telkens met nieuwe kracht en eendragtigen moed te verbinden, goede en nuttige wetten in te stellen, de bestaande te herzien en zoo noodig te verbeteren.
(pagina 400-401)
Een nieuwe vinding zo rond 1350 te Bremen, heeft de Friezen ook geen goed gedaan. Tjaden haalt op pagina 83 Ubbo Emmius aan die hierover schrijft: Dies war die Zeit, da die Bremer ihren Gerstensaft, den sie Bier nenne, als erste von allen nach Friesland und in andere Gebiete. (...) Wirklich zum großen Schaden Frieslands, denn man kauft diesen Stoff für maßlose Verschwendung ebenso begierig wie teuer.
Later (1530), wanneer andere steden ook het brouwen onder de knie hebben, loopt het volledig uit de hand. De inwoners van Emden ruilden al hun producten als vis, boter, bonen en vee tegen rogge, wijn en bier. Ze verdronken het en sloegen elkaar - in een roes - de hersenen in.


Die Friesen : Das Volk am Meer / Franz Kurowski
ISBN 978-3-868200-18-8













Ostfriesland: Oldenburger Land / Sven Bremer
Dumont Bildatlas 2
ISBN 978-3-7701-9232-8











TravelMag Das Reisemagazin : Deutsche Nordseeküste / Friederike von Bülow
Kunth-verlag
ISBN 978-3-89944-504-6








Einzigartiges Ostfriesland / Fritz-Dieter Köpcke
Isensee verlag
ISBN 978-3-89995-762-4












So schön ist Ostfriesland / Ewald Christophers, Michael Meadows, Mireille Patel, Dirk Rademaker
Sachbuchverlag Karin Mader
ISBN 978-3-921957-84-4





Nadat we bij de auto aangekomen waren, konden we ons opmaken voor het vervolg van de reis. We zouden Emden verlaten en een volgend hoogtepunt gaan zoeken: de Upstalsboom.


      Suurhusen
Volkskrant-artikel van 4 juni 2011 met ISAN 201106049044220711 handelt toevallig over de scheve torens van de Walfriduskerk te Bedum, de toren van Pisa en deze in Suurhusen.
We reden over de 210 Emden uit en als eerste kwamen we Suurhusen tegen. Wereldberoemd vanwege de Evangelisch Gereformeerde kerk die behoorlijk uit het lood staat. Het claimt dan ook met
"Der schiefsten Kirchturm der Welt" de scheefste te zijn. 5,19 graad was de stand volgens de eigen site in januari 2007. We waren de discussie over de scheefste ook al tegengekomen tijdens ons tripje in Noord-Groningen. Dus als toerist even het dorp in gereden, om een plaatje te schieten en vervolgens weer verder langs Loppersum (ook een wierde plaats die we in Groningen zijn tegengekomen). Even naar Georgsheil sloegen we rechtsaf verder het Südbrookmerland in. We reden door het dorpje Theene en bij Westerende Holzloog gingen we linksaf de L1 op richting Aurich. Hier op het hoekje staat een mooi voorbeeld van het metselwerk, zoals de huizen hier er vaak uitzien.


      Aurich
Vervolgens kwamen we door Weeringerhorn en Westerende Kirchloog. Hierna moesten we even goed opletten tot we iets zagen met Upstalsboom. Eerst zagen links een hek met daarop Upstalsboom en vervolgens ook aan de linkerkant een straat met de naam "Am Upstalsboom". Hier schoven we langzaam in en we kwamen al snel op een klein zanderig parkeerplaatsje.
Uiteraard begon het nu spannend te worden.
Ik had in een geschiedenisboek van P.H. Witkamp met de titel Geschiedenis der Zeventien Nederlanden, deel III. - Arnhem-Nijmegen, gebrs. E.&M. Cohen, 1882 op pagina 625 een afbeelding gezien van het gedenkteken.
Maar waar gaat het nu eigenlijk om?
Zoals we op de afbeelding kunnen lezen, gaat het hier om een 'Gedenkteken ter plaatse van de Upstalboom bij Aurich' uit 1870. Volgens Witkamp p.626: Voor het vierde Zeeland was die werf aan de bekenden Upstalboom bij Aurich, een aangenaam woud aan de zuidwestzijde der Oostfriesche hoofdstad. De werf was beroemd, doch er is geen voldingend bewijs voor het beweren, dat die plek het middelpunt van alle Zeelanden is geweest.
Op het huidige herdenkingsteken staat het volgende: Auf der Versammlungs Stäte ihrer Vorfahren, dem Upstalsboome, errichtet von den Ständen Ostfrieslands im Jahre 1833.
Op een informatiebord staat het volgende te lezen:
Upstalsboom
Grabhügel und Versammlungsplatz im Mittelalter
Auf der höchsten Stelle des Sandrückens, der sich hier östlich der einst bei Emden in de Ems mündenden Eha (Aa) erstreckt, sind bei Vorarbeiten für den Bau eines geplanten Denkmals 1815, bei den Bauarbeiten der heutigen Pyramide 1833 und bei archäologische Untersuchungen um 1990 Metallgeräte und Tongefässe gefunden worden, die nur aus frühmittelalterlichen Gräbern stammen können.
Ein rheinisches Importgefäss sowie ein aufwendig geschmiedetes und reichhaltig verziertes Schwert sind Kosbarkeiten, die auf mindestens zwei, um 800 datierte Gräber sozial hochrangiger Persönlichkeiten vermutlich in einem Hügel hinweisen.
Auf Grund der Funde ist eine Besiedlung und Bewirtschaftung des Sandrückens seit dem frühen Mittelalter anzunehmen.

Mit Upstalsboom wurde in Mittelalter ein Pfahl oder Mal aus Holz (Boom) in einem für eine Versammlung von Mensche oder Vieh eingefriedigtem Stück Landes (upstal) bezeichnet. Nach der Überlieferung des 16. Jahrhunderts befand sich an dieser Stelle derjenige Upstalsboom, bei oder vor dem sich im Bedarfsfall Abgesandte der freien Frieslande zwischen Lauwers bzw. Zuidersee (NL) und Underweser, die im Mittelalter einen Bund der sog. Sieben Seelande bildeten, in der Regel am Dienstag nach Pfingsten versammelten, um gemeinsam für die Verteidigung der Freitheit und Bewahrung des Friedens zu sorgen. Dieser Bund trat ersmals Mitte des 12 Jahrhunderts und zum letzen Mal 1361 in Erscheinung. Der Upstalsboom wurde auch über das Mittelalter hinaus zum Symbol der Friessischen Freiheit und Einheit.

Witkamp beschrijft op p.624 het gebied der Friezen tot de tiende eeuw: in eerste instantie zou het gaan om het gebied tussen de Rijn en de Eems. Nadat de Romeinen van het toneel waren verdwenen ging de uitbreiding naar het zuiden tot het Nauw van Calais en naar het noorden tot aan Jutland. Ook gingen ze naar Groot-Brittannië. Ten tijde van Karel de Grote werd het gebied van de Friezen weer gereduceerd.
Witkamp beschrijft op p.626 de 7 gewesten:
1e Zeeland: tussen Reekerwad en het Vlie.
2e Zeeland: tussen Vlie en de Lauwers.
3e Zeeland: tussen Lauwers en de Eems.
4e Zeeland: tussen de Eems en de Weser.
5e Zeeland: tussen de Weser en Elbe.
6e Zeeland: tussen de Elbe en Eider.
7e Zeeland: tussen de Eider en Konings-Aa (of Kong-Aa).

Daarna werd de druk (ook religieuze) van alle kanten groter en verliezen de Friezen langzaam hun vrijheid en eigenheid in hun gebieden.

Tijdens het speurtochtje op internet kom ik een verwijzing tegen van een geclaimd oudste Fries document, waarin de 4000 jaar oude geschiedenis beschreven staat. Hier werd geruime tijd onderzoek naar gedaan. Opmerkelijk, want het was snel duidelijk dat het om een negentien-de-eeuwse mystificatie ging. (bron: Nieuwe gedachten over een oud vakgebied : Han Nijdam over de toekomst van de Oudgermanistiek : Interview / Nelleke IJssennagger. - p.41 (in: Madoc : Tijdschrift over de Middeleeuwen. - Jaargang 29 | nummer 1 | voorjaar 2015, p. 36-41)
Wat heeft Wikipedia te zeggen over de Upstalsboom/Opstalboom/Upstalbeam/Opstallisbaem:
de.Wikipedia (Duits/Deutsch)
nl.Wikipedia (Nederlands)
fy.Wikipedia (Fries/Frysk)
nds.Wikipedia (Saksisch/Nedersaksisch)
nds-nl.Wikipedia (Plat-Duits/Plattdüütsch)
stq.Wikipedia (/Seeltersk)

Dus resumé: op de 1e dinsdag na Pinksteren kwamen de vrije Friezen van de zeven Zeelanden tussen (ongeveer) 1150 en 1361 (dus ruim 200 jaar) hier bijeen om de vrede te bewaren en de vrijheid te verdedigen.

Na dit opmerkelijk uitje, rijden we door Aurich. We gaan hier tevens een hotel zoeken. Gelukkig staan de bordjes "Hotel-route" ruim van tevoren voor ons klaar. Dapper volgen we het bordje. We komen echter niets tegen. Iedere keer worden we het voor autoverkeer doodlopende centrum ingedreven. En dat willen we niet, omdat daar veelal de duurdere hotels staan. Dus we een poging de stad uit, maar ook daar komen geen hotel tegen. Dan maar weer de weg terug, en volgen een ander bordje. Hier kwamen een hotel tegen, vlak naast een seksshop. Dat leek ons dus ook niet echt iets.
Dus toch maar het centrum in. Echter, de 1e hotel was vol. De 2e hotel was ook vol. Dus maar geprobeerd bij een kroeg die ook kamers had. Maar ook deze was vol. Dit vonden we toch wel erg vreemd. Op naar de VVV die daarnaast stond, om te vragen of zij nog een slaapplaats wisten. Ze wisten ons te vertellen dat er in heel Aurich vandaag geen slaapplaats meer te vinden was. Vreemd genoeg morgen wel. Maar ze verwezen op door naar een hotel aan het grote meer (Großes Meer).


      Südbrookmerland
Dat was dus weer terugrijden richting Emden. Maar ja, we moesten natuurlijk ergens slapen en dus op naar
Hotel Landhaus aan de Großes Meer (wel grappig eigenlijk. Normaal heet een zee Meer in het Duits en andersom, maar in Ostfriesland dus even niet.)
Daar aangekomen was het wel tijd voor een pilsje/wijntje op een zonnig terras.
Aansluitend binnen het diner genuttigd. En omdat het toch een vermoeiende dag was, ben ik toch maar een powernapje gaan doen. Heleen volgde later ook. We werden tegen 22:30 uur weer wakker. Tja, 't werd een powernap.
Dus toch maar nog maar even een korte avondwandeling langs het meer gemaakt. En dik uur later maar weer echt gaan slapen.

kamer

badkamer

Algemene ruimte 2 etage

houten zeilschip

Rote Mühle Emden

Neue Kirche Emden

de kleurrijke kroon van de toren van de Neue Kirche Emden

oostdeur Neue Kirche Emden

westdeur Neue Kirche Emden

Emder wapenkamer

wierde

vernietigende storm met overstroming

werking van een siel

terrasje Emden

WOII bunker Emden

de scheve toren van Suurhuusen

huis met mooi metselwerk te Westerende Holzloog

Upstalboom

Upstalboom

Upstalboom

pad vanaf Upstalboom

Upstalboom

Upstalboom

hotelkamer Hotel Landhaus

seelachs

grillteller

zwaluwen op het dak van Hotel Landhaus

de avondnacht aan de Großes Meer







Dag 3: van 'Großes Meer' naar Norden
Vanochtend waren we ook weer bijtijds wakker en reden na het gebruikelijke ontbijtje naar
Aurich.


      Aurich
We parkeerden de auto gratis op een parkeerterrein bij een niet meer in gebruik zijnde hotel.

k  a a r  t  3
Landgericht Aurich

Via de Filosofenweg kwamen we uit bij een prachtig Justitiegebouw: Landgericht. Via de Burgstraße kwamen we in de winkelstraat van Aurich. Het Historisches Museum Aurich was helaas nog gesloten, maar er moest natuurlijk toch even een foto gemaakt worden "als ridder".
Hiervoor moest ik me natuurlijk nog even bemoeien met een stel op een bankje. We liepen de winkelstraat helemaal uit en liepen via een zijstraatje Wallstraße naar de Marktstraße. Hierna gingen we via de Markplatz en Norderstraße naar de Nürnburgerwal. En zo kwamen op de Kirchstraße langs het hotel waar we gisteren ook waren. Hier staat ook een mooi pand van de Ostfriesische Nachrichten.
Na een bakje koffie gingen we maar weer eens richting auto. Heleen had in een van de vele gekochte reisboekjes gelezen dat we ook nog hier naar de begraafplaats moesten. Ik had op een kaart gezien dat ergens een doodlopend steegje was, dus we reden het Krähennestergang in, waarna we makkelijk de begraafplaats konden bezoeken, op zoek naar het mausoleum van Cirksena.
Maar eerst liepen gewoon kris-kras over de begraafplaats en ook hier staan nog redelijk veel Nederlands-achtige namen. Voor mij was de naam Nolte weer een bekende.
Maar waar was het mausoleum van Cirksena? We zochten eigenlijk naar een niet zo groot gebouw, maar het enige gebouw dat op deze begraafplaats stond was wel groot. Ik ging ervan uit dat dit gebouw gebruikt werd voor de rouwdienst. Maar na het lezen van het bord, bleek dit dus het mausoleum van de Cirksena's te zijn. Oké.
Op het bord staat het volgende te lezen:
Neoromanischer Zehneckbau mit Kuppelgewölbe
Erbaut 1875/76 vom Auricher Mauermeister Gerhard Neemann
Seit 1880 Ruhestätte der Grafen- und Fürstenfamilie Cirksena von Ostfriesland
Vorher Grabkeller unter der Lambertikirche
Detaillierte Informationen erhalten Sie im Historischen Museum, Aurich, Burgstr. 25

Helaas waren we niet in het museum geweest.

In de Friese geschiedenis canon staat Edzard Cirksena (1462-1528) ook genoemd als 1e die in staat was om een soort van staatsvorm te creëren van Friesland. Wat dus eigenlijk ook het einde van de Friese vrijheid was.

Na het Mausoleum reden we het land in waarin zij leefden. En om iets van die tijdgeest mee te krijgen reden we door het Südbrookmerland naar Moordorf waar ook een Moormuseum gevestigd is. We reden de stad Aurich uit via het westen (210) en sloegen bij Extum af. In dit dorp slaagden we erin om toch enigszins te verdwalen (voor zover wij kunnen verdwalen). Na diverse nieuwbouwwijken gezien te hebben bereikten we de grens van het dorp en bereikten we via het buurtschap Rahe de L1. Ik wilde deze weg nog een keer berijden, om een reeds getoonde foto te maken, van het mooi gemetselde huis te Westerende Holzloog. We sloegen rechtsaf bij Weeringerhorn en volgden de weg door Neu Barstede.


      Moordorf
Uiteindelijk kwamen we bij het Moormuseum uit, althans er zat nog een kanaal tussen ons parkeerplaats en het museum. Gelukkig hadden ze een brug over de Abelitzkanaal gemaakt.
Het Moormuseum van Moordorf is niet overdreven groot, maar wel erg leuk om gezien te hebben. Je krijgt in ieder geval een goed beeld de behuizing en hoe deze gemaakt zijn. Ook krijg je uitleg over hoogveen en laagveen.

Bij de intree krijg je eerst een minimuseum en daarna loop je over het pad naar buiten langs hoe je een muurtje bouwt en vervolgens de daken. Daarna komen de verschillende modelhuizen, ingericht naar de laatste mode van toen. Wat opvalt is dat de huizen erg donker vanbinnen zijn.
Na het laatste huis werd het hoog tijd dat er geluncht werd. Gekozen werd voor heerlijke ouderwetse gerechten: Dikke rijst met kaneel en bruine suiker, hier bekend onder de naam Milchreis mit Zimt und Zucker, in het Nederlands rijstebrij.

(Gelaagd landschap : Veenkolonisten en kleiboeren in het Dollardgebied / Henny Groenendijk en Rolf Bärenfänger. - Archeologie in Groningen 5. - Profiel Uitgeverij, Bedum. - ISBN 978-90-5294-424-1. - p.59-61)
We reisden weer verder. Eerst weer de weg terugrijden naar de 210, deze vervolgens volgen naar Georgsheil, waar we rechts afslaan en over de 72 richting Marienhafe. Links zien we een dorpje op een wierde, waar we eigenlijk even door hadden moeten rijden, genaamd Alt Siegelsum (met straatnamen als Diekweg en Karkpad) voorbij. Voor Marienhafe sloegen we linksaf de L26 op.


      Wirdum
We kwamen door Wirdum, Grimersum en Eilsum (allen op een wierde?, het lijkt er wel op). Onderweg zagen we in Wirdum nog een boerderij gebaseerd op de 'Friese schuur'. Ik had in "Gelaagd landschap" hierover het een en ander gelezen. Een mix van de Oldambster boerderij en Reiderlands Gulfhaus. Deze met wel 3 'krimpen' en extra ramenpartij voor de zaadzolder, oogt dan ook enige luxe, volgens de toen geldende maatstaven. Deze heeft echter geen afgeschuind vlak, het zogenaamd wolfseind.


      Grimersum
Bij Grimersum reden we langs landbouwgrond. Links van de weg zagen we, als je dit landschap leest, een wierde liggen. Nu is het onbebouwd, maar het lijkt er sterk op dat hier ooit iets heeft gestaan.


      Greetsiel
Bij Eilsum gingen we naar
Greetsiel, waar - zoals we nu weten - de Cirksema's vandaan kwamen. Maar ook Ubbo Emmius (5.12.1547-9.12.1625 Groningen) kwam uit Grietjezijl of Grietzijl.
Met Ubbo Emmius' grootste werk "Rerum Frisicarum historiae libri 60" - de zestig boeken van de Friese geschiedenis en als pleitbezorger van het recht op verzet van de bevolking tegen de (toen al ontstane) overheid, neemt hij een bijzondere plaats in.

Kan hieruit geconcludeerd worden, dat de Friese Vrijheid in de periode al volledig is verdwenen, maar dat de behoefte er nog wel is?

Greetsiel heeft zich ontwikkeld tot een toeristisch oord. Naar onze smaak iets te toeristisch. De omgeving van Greetsiel vond dat kennelijk ook, want in de wijde omgeving, kwamen we protestborden tegen die tegen uitbreiding van het toerisme in Greetsiel waren. We besluiten toch maar om hier rond te gaan kijken. Zo groot is niet en we moeten ook weer even de benen strekken.
Het geeft natuurlijk ook aan dat er iets te zien is. Zoals bijvoorbeeld het pandje aan Sielstraße 15: het woonhuis uit 1792 met het opschrift "IN DOMINO CONFIDO" ("Ik vertrouw op God"), deze voorgevelsteen suggereert de fantasie van de dorpskroniekschrijvers. (bron: greetsiel.org)
We liepen een stuk over de dijk, het dorp uit. Hierdoor krijg je iets meer het beeld vanaf zee van Greetsiel. Al is deze haven volledig ingedijkt. We zijn dan ook niet helemaal tot het echt zeegat gelopen, want dat ligt enkele kilometers verderop. Bij de scheepshelling zijn we weer teruggelopen via de haven.
Naast een paal met de werkelijke hoogte staat een bord met stormvloeden. Hierop staat het volgende vermeldt:
Sturmfluten vergangener Jahrhunderte
16.01.1219Erste MarcellusflutFriesland/Niederlande
23.11.1334ClemensflutFlandern bis Ostfriesland
16.01.1362Zweite MarcellusflutOstfriesland und Nordfriesland, erster Einbruch des Dollart
09.10.1374Erste DionysiusflutOstfriesland, Untergang des Dorfes Westeel, größte Ausdehnung der Leybucht
09.10.1377Zweite DionysiusflutOstfriesland, Deichbrüche bei Lütetsburg und Bargebur
26.09.1509Kosmas- und DamianflutOstfriesland, Durchbruch der Ems bei Emden, größte Audehnung des Dollart
31.10.1532Dritte AllerheiligenflutNordseeküste vom Kanal bis Jütland
01.11.1570Vierte AllerheiligenflutUntergang von Oldendorf und Westbense, Flutmarke and der Kirche Suurhusen
26.02.1625Fastnachtflutzahlreiche Deichbrüche in Ostfriesland
22.02.1651Petriflutganz Friesland, Juist und Langeoog durchgerissen
24.12.1717Weihnachtsflutganze Nordseeküste von Friesland bis Schleswig in Ostfriesland ertranken 2752 Menschen 930 Häuser wurden weggespült
31.12.1720Neujahrfluthöher als Weinachtsflut
03./04.02.1825FebruarflutOstfriesland bis zum Geestrand überschwemmt
04.01.1855JanuarflutflutOstfriesland schwere Zerstöring der Inseln höchste festgestellte Flut an der ostfriesischen Küste
13.03.1906Märzflutschwere Sturmflutschäden an der ostfriesischen Küste
16./17.02.1962Zweite JulianenflutOstfriesland, Nordfriesland, große Überflutungen in Hamburg und Bremen, rd. 300 Tote
Herbst 1973NovemberflutSturmfluten, schwere Schäden auf den Ostfriesischen Inseln
03.01.1976januarflutschwere Sturmflutschäden Deichbrüchen an der Elbe

Zoals op de gebruikte achtergrondfoto te zien is, zijn stenen een item in dit verhaal en dan komen we al gauw uit bij tichelwerken of steenfabricage. Om dit de begrijpen zijn staan hier een aantal links:
Steenfabriek Biezeveld, de enige Nederlandse steenfabriek die iedere steen, profiel of plavuis nog met de hand maakt. Biezeveld heeft dan ook stenen aangeleverd voor de restauratie van de Greetsieler Kirche. Bekijk ook de beelden (3.12.2011) gemaakt door RTL's Eigen huis en tuin: Lodewijk op bezoek in de steenfabriek.
Steenfabriek De Werklust in het Twentse Losser, heeft een helder verhaal over wat er allemaal zo komt kijken bij de fabricage van de baksteen.
In het boek Lipsker op de Groninger tichelwerken: een geschiedenis van de Groningse steenindustrie wordt dit verhaal uitgebreid verteld.
Verder staan er hierover in de Literatuurlijst nog diverse werken.

Uiteraard hebben we ook weer een kijkje genomen in de evangelisch gereformeerde kerk van Greetsiel "evangelisch-reformierte Greetsieler Kirche". Terecht wordt hier aandacht geschonken aan de bijzondere stand van de muren. Als je binnen staat, krijg je het idee, dat het elk moment kan instorten. We eindigden dit uitstapje op een terras in het dorp en gingen daarna weer terug naar de parkeerplaats.


      Norden
Aangezien het niet meer erg vroeg was, besloten we in Norden te gaan kijken voor een slaapplaats en mocht het daar ook vol zijn, dan konden we altijd naar het Großes Meer terugrijden. Ja, de humor hadden we intussen flink ontwikkeld. We reden via de diverse polders naar Norden. Hier volgden we ook weer de bordjes Hotel-route. Soms heb je het zwaar met deze bordjes, vooral als ze naar hotels verwijzen die in een autoloze winkelstraat zit. De eerste die we proberen was sowieso al een complex hotel. Parkeerplaatsen aan de overkant van het Norder Tief en inchecken aan een winkelstraat, waar je dus niet met de auto kon komen. Dus na wat geklooi de auto op een plekje neergezet, waar het niet in de weg stond. Vervolgens zijn we naar de incheckbalie gelopen. Nee, helaas, vol. Dat vonden wij toch wel vreemd. Maar goed. Op naar de volgende. Ook hier hadden we problemen met het vinden van de deur. En ook dit hotel was vol. We snapten het niet. We waren nu 3 dagen door dit gebied aan het rijden en waren nog geen buitenlander tegengekomen.
We werden nu gelukkig doorverwezen naar hotel zur Post (richting Nordeich). Hier aangekomen, was er niemand aanwezig. Melden bij 'Das Lila Haus' ernaast. Daar was de eigenaresse een klant aan het overtuigen, dat mensen niet meer nadenken, alles voor lief nemen en niets meer zelf kunnen doen of maken. Ik mocht haar meteen! Was dit nog een echte vrije Fries?
(Rampjaar 1672 : Hoe de Republiek aan de ondergang ontsnapte / Luc Panhuysen. - Uitgeverij Atlas, Amsterdam/Antwerpen. - ISBN 978-90-450-1916-1)
Na de discussie die gevoelsmatig nog wel een kwartier doorging, melden we ons met de vraag of we hiernaast in het hotel konden slapen. Dat kon, tot onze opluchting. We lieten onszelf binnen en zochten onze kamer. Een echte originele
Hotel zur Post, zoals het er al honderden jaren stond. Bij mij kwamen meteen beelden op die door Luc Panhuysen in Rampjaar 1672 waren opgeroepen. De brieven, pamfletten en pakketten werden in die tijd ook al verspreid door postkoetsen, gestructureerd en zodoende dat er in alle belangrijke plaatsen die op de route lagen, wel een Hotel zur Post was, waar de paarden en postbodes konden uitrusten en/of vervangen kon worden. Dat ze -net als wij- moe van de reis onder het poortje doorrijden en hun koets achter het hotel plaatsen, waar de paarden verzorgd kon worden. Want zo zag het er wel een beetje uit.

Toen we alle spulletjes uit de auto hadden gehaald en hadden geïnstalleerd, gingen we op "jacht" naar een restaurant. Uiteraard bekeken we ondertussen ook wat we tegenkwamen. In de Osterstraße staat een geweldig mooi pand, Art Deco-stijl. Nadat we rechtsaf waren gegaan der Neuer Weg in, kwamen we langs Traditionsgaststätte Mittelhaus een bord tegen dat "Originale Ostfriesischen Apfelstrudel von geklauten Äpfeln" aanprees. Ook humor.
Bij de Coneruslohne (laan) zagen we een pizzeria, dus liepen we hierin. Om het hoekje van een klein pleintje stond een herdenkingssteen aan de vernietiging van de Synagoge op 9.11.1938 en aan de met geweld omgekomen en verdreven joodse medeburgers.

Na het eten liepen we verder door Norden. Dezelfde weg terug door de winkelstraat. Nu viel op dat er hier en daar kleine ronde herdenkingsplaatjes zaten, met teksten als hier woonden die en die. Dit waren Joodse medeburgers die ook zijn gevlucht of zijn omgekomen.

Am Markt staan naast de kerk ook nog andere interessante gebouwen. Het ging al een beetje schemeren en dus gingen we maar weer naar het hotel. De kroeg was intussen open, dus gingen we daar ook maar zitten om nog iets te drinken. Roken was hier toegestaan vanwege de m² van de ruimte. Onder de 75 m² is het een kleine kroeg en is het toegestaan.
Kneipe im Hotel zur Post: das zischt hmmm lecker.
We waren echter alweer bekaf en dus gingen we met ons glaasje naar onze kamer, om nog een paar letters te lezen en alweer vroeg te gaan slapen.

Landgericht Aurich

Landgericht Aurich

winkelstraat Burgstraße Aurich

winkelstraat Burgstraße Aurich

bij Historisches Museum in Burgstraße Aurich

mooi metselwerk in Nürnburgerwal Aurich


Markplatz Aurich

Kirchstraße Aurich

mausoleum van familie Cirksena te Aurich

Moormuseum Moordorf

begin van een lemen muurtje, Moormuseum Moordorf

turf, hoog- en laagveen, Moormuseum Moordorf

graszoden/plaggenhuis Moormuseum Moordorf

minihuis Moormuseum Moordorf

binnenkant minihuis Moormuseum Moordorf

minihuis met toilet Moormuseum Moordorf

binnenkant boerderij Moormuseum Moordorf

dikke rijst met suiker en kaneel, mmm, Moormuseum Moordorf

'Friese schuur' langs de weg K225, de Loppersumer Straße, Wirdum

Schöpfwerk Greetsiel

'Friese schuur' als hotel, Greetsiel

bekend baksteen, hier met afgeronde hoek, Greetsiel

haven Greetsiel

Sielstraße 15 Greetsiel

de garnalen (in duits: krabben) worden gelost, haven Greetsiel

haven Greetsiel met uitzicht op 2 molens en siel

Paal met werkelijk dijkhoogte en hoogwaterstanden

sluis, Greetsiel

hollandse 2-master haven, Greetsiel

sluis, het water zie je kolken, Greetsiel

Evangelich gereformeerde kerk binnen, Greetsiel

vrijstaande kerktoren, Greetsiel

achterkant Hotel zur Post, Norden

Hotel zur Post, Norden

Osterstraße, Norden

Mittelhaus, Neuer Weg, Norden

Coneruslohne, Norden

Osterstraße, Norden

Am Markt, Norden

Am Markt, Norden

Am Markt, Norden

Am Markt, Norden

in de kroeg van het hotel, Norden







Dag 4: van Norden naar Nordenham
Om acht uur zaten we aan het ontbijt in ons Hotel zur Post. We pakten onze spulletjes weer in de auto en waren vanaf 8:30 weer onderweg.


      Norddeich
Eerst naar Norddeich gereden en vanaf daar langs de kust naar het oosten.

k  a a r  t  4
't wad, Norddeich

't wad, Norddeich

In het hoekje Tunnelstraße/Westerlooger Strohweg ligt een klein parkeerplekje, waar je de auto neer kunt zetten als je over de dijk wil. En dat wilden we.
We werden daarna gedwongen om toch weer iets naar het zuiden te rijden. We konden niet meer over of langs de dijk rijden. En dus over de L5. Echt spannend of opwindend was het hier niet. We reden nu voornamelijk langs dorpjes in plaats van erdoor. Zo passeerden we om de 10 à 15 km (zo'n 2-3 uur gaans) de volgende sielen: Hilgenriedersiel, Neßmersiel, Dornumersiel/Westeraccumersiel, Bensersiel, Neuharlingersiel. Hier werd de weg de L6.


      Carolinensiel
En bij de volgende kwamen we eindelijk door een dorp, waar we koffie konden drinken:
Carolinensiel. Na de koffie hadden we het wel een beetje gehad met steeds hetzelfde polderlandschap en besloten we over de 461 naar Wittmund te rijden. En zo reden door het sedert 1545 langzaam ingepolderd gebied. Want ook hier had de Waddenzee een inkeping als de Dollard en Jadebusen, maar dan veel kleiner. En dus moest de siel ook steeds verplaatst worden. Harlesiel is de jongste (1956), daarvoor was Carolinensiel (1729) eeuwen de spuisluis voor dit gebied. Neufunnixsiel was vanaf 1658 de grens en daarvoor was Altfunnixsiel de kust.


      Wittmund
"Wittmund - die Stadt mit den roten Klinkern im Herzen Ostfrieslands!" Ook hier rode bakstenen.
Hier hebben we even een rondje om de kerk gelopen. Letterlijk. Hier zagen we op een bepaalde plek naast de deur een rond plaatje zitten wat diende voor de hoogtemeting. Op een bord naast de kerk stond de uitleg. Heerlijk simpel schemaatje en het was compleet duidelijk wat de hoogtemeters nu eigenlijk altijd aan het doen zijn.
Daarnaast kwamen we Jan Schüpp Brunnen tegen. Dit heeft alles te maken met die Friese levenshouding: Niet alles zo zwaar zien en jezelf ook eens op de schop nemen / niet zo serieus nemen / voor paal zetten. (
bron)


      Jever
Daarna reden we over de 210 verder naar Jever. Zo'n 2 uurs gaans verder. De Altstadt van
Jever zag er al een stuk interessanter uit dan die van Wittmund.
We vonden nog een vrije parkeerplaats "Am Alten Tief" en liepen door de Wangerländische Straße, over het plein van Schlachte, door de Schlachtestraße naar de Alt-stadt, waar bij de restanten van de kerk uitkwamen.
Het Edo-Wiemken-Grabmal werd tussen 1561 en 1564 gebouwd voor Edo Wiemken de Jongere (1468–1511) uit het Friese hoofdelingenfamilie Papinga. De bouw wordt toegeschreven aan Cornelius II Floris de Vriendt (1513/14-1575), maar mogelijk uitgevoerd door Hein Hagart
bron: Ev.-luth. Kirchengemeinde Jever Edo-Wiemken-Denkmal;
FrieslandWonderland Easterein - Martinikerk (protestants);
Wikipedia Edo-Wiemken-Denkmal
De kerk was gerestaureerd, althans het gedeelte wat er nog stond, de rest was er -ook erg apart- als nieuwbouw aangebouwd. De Stadtkirche was grotendeels in oktober 1959 door brand verwoest. Binnen was een (mini)tentoonstelling van boekbinders. Ze hadden een opdracht om de kerk als omslag voor de bijbel te gebruiken. Het resultaat was uiteenlopend. Maar ik (als hobby-boekbinder) was niet echt onder de indruk. Dat hoeft natuurlijk ook niet. Sommige zagen er leuk uit. Eentje was nog wel spannend gemaakt. Deze had een kerkdeur, die open kon en gaf toegang tot het altaar.
We verlieten Am Kirchplatz en liepen verder naar de Schloßstraße en Alter Markt. Hier kwamen we Maria tegen. Enige twijfel hadden we wel of we dit museum ook moesten bekijken. We hadden de Schlosstuin bekeken. Niet echt bijzonder. We hadden het heuveltje in de tuin opgeklommen en kwamen bij een molensteen uit omringt door struiken en bomen oftewel geen uitzicht.
Het bordje binnen bij de ingang van de museumroute gaf echter de doorslag.
Teksten als "omvangrijke verzameling over de geschiedenis van de regio en de landheren" en "inzicht in veelvoudige cultuurhistorische verbanden." zijn aan mij wel besteed. Dus toch maar entreekaarten à 4,50 Euro gekocht en op ontdekkingstocht gegaan in het Schloss Museum Jever. En dat is het ook. Voornaamste reden hiervoor is het ontbreken van een (werkende) looproute of bewegwijzering. Voordeel is dat het dan ook een ontdekkingstocht is. Goed kijken, onthouden wat je hebt gezien, herkennen om een andere, nieuwe weg te nemen.
Van enkele hoogtepunten staan hier foto's, van andere niet. Soms is het wel grappig om nieuw geleerde zaken te herkennen. Zo hadden we in het Ostfriesische Landesmuseum een historisch filmpje gezien, waarin een oude dame uitlegt hoe er op speciale dagen (bijvoorbeeld kerst) de vloer van de kamer werd versierd met zand. Op de foto's hiernaast van sommige keukens en woonkamers is dit verschijnsel ook op de vloer te zien. Hier is het echter een egale massa.
De oude dame ging er erg handig met een hulpmiddel (bijvoorbeeld een grove kam) er golvend doorheen "harken", zodat er een patroon ontstond, bijvoorbeeld een kerstboom.
Dit leek erg op wat ik onlangs een keer op tv zag van een zandkunstenaar. Ook heb ik hier een videoclipje van gezien: Dichtbij van Marco Bosato.
Zo zie je maar weer, dat sommige nieuwe dingen, toch vaak een al hele oude oorsprong hebben. Dit doet verder niets af, aan het prachtige werk dat de zandkunstenaar Gert van der Vijver maakt, want ook daar kun je naar blijven kijken.

Na de rondgang waar op de bovenste verdieping nog een herkenbare verrassing was -jaren 60-80, muziek- en discothekencultuur- brachten we een bezoekje aan het museumwinkel:

"Eala Frya Fresena : Die Friesische Freiheit im Mittelalter" een brochure van de Ostfriesische Landschaft zou antwoord kunnen geven op de vele vragen die we in tussen hebben.
De groet 'Eala Frya Fresena' staat in deze brochure vertaald als 'seid gegrüßt, freie Friesen'. Echter op diverse plaatsen op het internet wordt getwijfeld aan deze versie. Het "Eala" kan ook als "Heil" of "Oh" vertaald worden, maar ook als "auf, erhebe Dich". En hier volgde dan als reaktie: "Lever dod as Slaav". Dit is duidelijk genoeg, denk ik. Hoe het ook zij, het gaat allemaal dezelfde richting op.

Seefahrer, Händler und Piraten im Mittelalter / Dirk Meier
Thorbecke
ISBN 978-3-7995-0142-2











Brände, Stürme, Hungersnöte. Katastrophen in der mittelalterlichen Lebenswelt / Kay Peter Jankrift
Thorbecke
ISBN 978-3-7995-0109-5











Voor de aansluitende beeldvorming kwamen deze boeken wel in aanmerking, dachten we.
We verlieten het museum en liepen langs de Kosakenbrunnen de Große Burgstraße in, waar we op het hoekje bij café Maria op een terrasje neerploften.
Hier konden we even bijkomen van het museumbezoek. Nadat we voldoende waren uitgerust gingen we weer verder door de Steinstraße en Neuer Markt. Hier kwamen we weer een boekhandel tegen. En we konden het niet laten om even te kijken. Ik had toch al een paar keer een boek met de intrigerende titel "Die Deutsche Hanse, Eine heimlich Supermacht". We waren voor deze vakantie bezig om ook eens een vakantie te besteden aan een bezoekje aan de Hanze-steden, dus een Hanze-steden-route. Dit boek lag ook weer in deze boekhandel en ik kon de verleiding niet weerstaan:
Die Deutsche Hanse : Eine Heimliche Supermacht / Gisela Graichen, Rolf Hammel-Kiesow. - Reinbek bei Hamburg : Rowohlt, 2011. - ISBN 978-3-498-02519-9


(Quicktime): Teil 1 Teil 1 High Teil 2 Teil 2 High

Mecklenburg-Vorpommern: Ländliche Idylle / Wolfgang Schmidt
Dumont Bildatlas 97
ISBN 978-3-7701-9221-2










Nordseeküste, Schleswig-Holstein: Land hinterm Deich / Sven Bremer
Dumont Bildatlas 015
ISBN 978-3-7701-9274-8











Hierna lopen we weer 'zwaarbepakt' naar de auto, nadat we nog even langs de Elisabethufer zijn gelopen om de bierbrouwer van Ostfriesland Jever, van naderbij te zien. Echter, dit was niet voor publiek beschikbaar.
We vervolgden onze autorit over de K94 en bij Schortens de K31 tot Reepsholt. Hier pakten we de L11. (In dit gebied liggen Amerika en Rußland naast elkaar.) Daarna volgden we 436 en 437. Deze volgden helemaal tot we in de punt van Jadebusen gekomen waren, bij Diekmannshausen. Hier konden we de K197 pakken die dichter langs het water kwam.


      Nordenham
Bij Stolhamerdeich gingen we eraf en namen de L860 naar Nordenham. Hier volgden we ook weer de bordjes hotelroute en kwamen we aan bij het
Hotel am Markt van Ringhotel. Na een gesprekje bleken ze ook een nieuw (3 sterren) hotel te hebben: Hotel Küste Garni aan de Hansingstraße. Dat scheelde alweer. Daar konden we zo naar toe lopen, maar wij namen de auto maar. Daar aangekomen bleek de telefoon al z'n werk te hebben gedaan. We konden inchecken in de laatste beschikbare kamer. En na de auto leeggehaald te hebben, gingen we weer op zoek naar eten. En dan blijkt dat ook dat soms niet eenvoudig is. Het gebied van Nordenham waar we ons nu in begaven was compleet nieuwbouw. We hadden gezien dat er een restaurant bij het Hotel am Markt was. De straten die we nu aan het lopen waren boden weinig tot geen alternatief. Uiteindelijk kwamen we weer uit bij Am Markt. En we besloten dan toch maar bij dat hotel te gaan eten. En dat was prima eten.
Na het eten nog een poging gedaan om iets interessants te zien, maar dat is hier kennelijk niet mogelijk.
We waren ook weer redelijk moe. Dus maar snel weer naar het hotel. We hadden vandaag ook weer een hoop gezien en ook nog eens -voor ons doen- een grote afstand (ruim 160 km) overbrugd. Dus na weer een stukje lezen weer vroeg gaan slapen.

mosjes Norddeich

Carolinensiel

Lutherse St. Nicolai Kerk, Wittmund

Hoogtemeting Wittmund

Jan-Schüpp-Brunnen Wittmund

Stadtkirche, Am Kirchplatz, Jever

Am Kirchplatz, Jever

Schloss Museum Jever

Maria, Alter Markt, Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Schloss Museum Jever

Kosakenbrunnen Jever

Jeverbrouwerij Jever

herdenkingsplaatje familie Löwy, Nordenham

plein aan Marktstraße, Nordenham

Weer terug van vakantie las Heleen in Reader's Digest Nederland, 2011 nr. 7 een artikel van Philip Jacobson over de maker van deze plaatjes, Gunter Demnig.
In diverse talen zijn er artikelen te vinden, waaronder de Duitse: Spur der Steine. Helaas zit de Nederlandse versie er nog niet tussen.
Op de site van ASTRID LOUVEN worden de "Stolpersteine" van "Initiator des Projekts, der Objektkünstler Gunter Demnig" gevolgd.







Dag 5: van Nordenham naar Bad Bramstedt
Na weer 10 uur geslapen te hebben zaten we om kwart over 8 aan het ontbijt. Omdat we van Nordenham niets meer verwachten reden we hier vandaan. Maar we hadden de hele Weser nog niet gezien.
k  a a r  t  5
hotelkamer Nordenham

ontbijt Nordenham

Aangezien deze rivieren een belangrijke rol spelen in de ontwikkeling van dit gebied, wilde ik toch wel even een blik werpen op de Weser. Bij Großensiel (het buurtschap onder Nordenham) gaf ons het contact met deze stroom. Vanaf hier reden we naar de 212 en daarna over de 437 de Wesertunnel door. Hierna reden we stukje over de autosnelweg 27 om Bremerhaven links te laten liggen. Bij het buurtschap Debstedt gingen we eraf en volgden we de K66 naar de kust.


      Paddingbütteler Altendeich
Hier reden we door schattige dijkbuurten, waar nooit iemand komt, behalve de bewoners natuurlijk. In de buurt van Paddingbütteler Altendeich komen we opeens een herdenkingsteen tegen van Oberdeichgrafen
Eibe Siade Johans die op 25 juni 1659 was geboren en op 30 januari 1720 is overleden. Hij had zich erg verdienstelijk gemaakt tijdens de kerstnachtvloed van 1717.


      Dorumer Neufeld
Een eindje verderop in Dorumer Neufeld, gaan we maar eens een poging doen op een bakje koffie te krijgen. Dat lukt met een beetje moeite in een groot recreatiegebouw Am Kutterhafen. We zien op het wad diverse groepen zich klaarmaken voor een wandeltocht. Na het bakje koffie nog maar even in het geultje gekeken waar alle kotters op droge lagen, omdat het eb was. Omdat het hard waaide en niet echt warm was zijn we maar snel weer naar de auto gelopen en verder gereden over binnenweggetjes richting Cuxhaven.


      Cuxhaven
Bij Cuxhaven aangekomen stonden we meteen in een file voor de 3 stoplichten die ons door het centrum moesten loodsen. We waren er meteen al klaar mee en hoopten dat we hier weer snel weg waren. "Helemaal gestrest raakten we in het volgende dorp de weg kwijt. Tja, dat lukt ons alleen maar in dorpen. Na de volgende poging kwamen we dan toch op de weg die we in ons hoofd hadden.


      Otterndorf
In
Otterndorf hebben we maar eens geluncht bij Brünning, Am Kirchplatz 2.

ontbijt Nordenham

haven Großensiel met blik op Weser

haven Großensiel met zicht op de siel

ingang Wesertunnel

Wesertunnel

herinneringssteen Eibe Siade Johans (1659-1720)

Am Kutterhafen, Dorumer Neufeld

torens in Altenbruch

Das Rathaus, Otterndorf

Der Utröper, Otterndorf

Das Haus, in dem Rektor Voß wohnte (mitten), Otterndorf

Otterndorf

Na een klein uurtje de benen gestrekt te hebben, waar we even naar de begraafplaats op en neer zijn gelopen, waar we zo op het eerst oog geen Nederlands-achtige namen meer tegenkwamen, gingen we weer verder rijden.
Otterndorf

Otterndorf

Otterndorf

Der Süderwall, Otterndorf

We vervolgden de 73 en reden door diverse plaatsen als Belum, Neuhaus, Cadenberge en Hemmoor. Hier volgden we de 495 richting Elbe.


      Elbe
We reden hier de Oste over die ook in de Elbe stroomt. Bij Neuland sloegen we linksaf richting Wischhafen, waarna we rechtsaf sloegen richting pont. We konden meteen aansluiten in de rij. Volgens het nieuws op zender
ffn (Funk & Fernsehen Nordwestdeutschland) was de wachttijd voor de pont Wirtshafen-Glückstadt 90 minuten. Gelukkig (bleek later) waren ze continu met 4 ponten op en neer aan het varen en was het om de 7 minuten weer een stukje opschuiven. Dit gaf tijd om rond te kijken. Mensen die over hekken klommen en achter de dijk verdwenen.... en een aantal minuten weer tevoorschijn kwamen. De (jonge) koeien hadden dat ook ontdekt en klommen, nieuwsgierig als ze zijn, ook de dijk op. Gek genoeg klommen er daarna geen mensen meer over het hek.
Al lezend in Ostfriesland, Vom Leben unserer Vorväter zwischen Meer und Moor van Jan Tjaden en kaartlezend de verdere route verzinnend waren we ruim een uur later toch aan de buurt om op de pont te rijden. Nog nooit gedaan op zo'n "kleintje". En natuurlijk moest ik me als een van de laatste half schuin nog ergens tussen wurmen. En ik ben hierin toch al zo'n ster, om met deze auto een kort bochtje te nemen. En de 'aanwijzer' maar met handen snel wenkend draaien. "Ja, ja, ik ben bezig, rustig." Toch weer stress?
De overtocht zonder schade gehaald! En als was het erg bewolkt, indrukwekkend blijft zo'n rivier toch. Toch weer een stuk breder dan de rivieren bij ons.
We verlieten nu het land Niedersachsen en kwamen het land Schleswig-Holstein binnen. Nog steeds het land der Friezen.
Het plan was om ook langs de Oostzeekust te rijden. Dus staken we over, richting Hansestad beck.


      Bad Bramstedt
En zo reden we over de L119 door Krempe, de L112, de L116 door Lagerdorf, de L115 door een Moorgebied. Bij Kellinghusen volgden we de 206 tot aan Bad Bramstedt. Hier volgende we weer het bekende bordje dat ons weer helemaal de stad uitleidde naar uiteindelijk een soort "vakantiekoloniehuis" uit de jaren 70:
Hotel Tanneneck. Ook de inrichting kwam uit deze periode. De prijs was er ook na. We waren weer prima op tijd. En konden dan ook zo aanschuiven.
We raken er alweer aan gewend. Veel zien, reizen en dus vroeg moe. Na het eten nog een aantal letters gelezen en weer lekker slapen.

Elbe

Elbe

Elbe

Elbe

Elbe

Elbe

Elbe

hotelkamer Tanneneck, Bad Bramstedt







Dag 6: van Bad Bramstedt naar Husum
Enigszins verward waren we beiden. Gingen we echt naar de Oostzee. We waren nu al vijf dagen bezig met de Friezen en vonden deze ontdekkingstocht eigenlijk wel leuk. En we waren hemelsbreed nog maar zo'n 200 km opgeschoten.
k  a a r  t  6
hotelkamer Tanneneck, Bad Bramstedt

hotelkamer Tanneneck, Bad Bramstedt

Misschien moesten we de Oostzee en daarbij horende Hanzestedenroute maar een andere vakantie doen en ons nu maar bezig blijven houden met de Friezen. En zo besloten we verder te gaan naar Nordfriesland.
De "Heleen-Heleen" had in de gekochte bladen en boeken weer een hoop ideeën opgedaan, waar we naar toe konden rijden om bijzondere dingen te zien. En dus waren we weer vroeg op pad.
Door de bewolking met af en toe een plensbui reden over de 206 richting Itzehoe, waarna we een stukje 5 tot Wilster volgden.


      Neuendorf Sachsenbande
Hierna gingen over de L135 naar het "Tiefste deutsche Landstelle" en staan dan op -3,6 m
NN. Dit is te vinden aan de Burgerstraße in Neuendorf Sachsenbande. Hier wordt aangegeven hoe hoog de huidige Elbedijk is, nl 8 m. Verder staat op de paal een overzicht van stormvloedhoogten:
Middag-Humsterland : Op het spoor van een eeuwenoud wierdenlandschap / Jan Delvigne. - Archeologie in Groningen 4. - Profiel Uitgeverij, Bedum. - ISBN 978-90-5294-423-4. - p.23-24
1843 - 4,16 m
1936 - 4,22 m
1916 - 4,32 m
1825 - 5,30 m
27.02.90 - 5,33 m
21.01.76 - 5,37 m
24.11.81 - 5,50 m
17.02.62 - 5,83 m
03.01.76 - 6,76 m

Een eindje verderop konden we een mooie foto maken van weilanden met traditionele vorm van kunstmatige drainage, zoals beschreven op pagina 23 paragraaf 3.4 in Middag-Humsterland van Jan Delvigne: een zeer ondiepe (10-20 cm) greppels op onderlinge afstand van zo'n 10 meter. Dit is middels Google-maps ook goed te zien aan weerskanten van de L137.


      Nord-Ostsee-Kanal
Hierna reden we de 6 op, om de Hochbrücke Brunsbüttel te bestijgen, die ons over de Nord-Ostsee-Kanal zou brengen.
Daarna via de L138 en L139 naar Burg, dat duidelijk op een hoge heuvel ligt (zo'n 65 m) ligt. Hier hebben aan de Holzmarkt een bakje koffie gedaan en bij de bakker aan de overkant wat lekkere broodjes gehaald.


      Büsen
En verder gingen we over de L140 naar
Sint Michaelisdonn, via de L144, een stukje 6 naar Busenwurth, hier rechtsaf naar Wolfenbüttel en daar de L138 op, richting Meldorf. Hier via de 5 naar de L153 en deze tot aan de 203 volgen. Hierna linksaf de 203 volgen tot Büsen. We konden hier niet echt wegwijs worden en kregen al snel het "te toeristisch"-gevoel. Nadat we een kijkje in de haven hadden genomen was het dus snel dezelfde weg terug, al kan dat dan nooit snel genoeg.


      Wesselburen
Gasthof Ulmen Klause
Der älteste Gasthof in Wesselburen (ca. 1735). Pate stand für den Namen eine uralte Ulme die auf dem Vorplatz des Hauses stand. 1986 wurde die Ulme von Krankheiten gezeichnet, zur Trauer aller unter reger Anteilnahme der Einwohner gefällt.
Heute ziert an gleicher Stelle eine Linde den Vorplatz. (bron: Eiergrogseminar)

Bij Oesterdeichstrich de L156 op naar
Wesselburen. Hier staat een bijzondere kerk (St. Bartholomäus-Kirche), de enige met een siepeltoren in Schleswig-Holstein. We hebben hier even onze benen gestrekt en Am Markt wat gegeten en gedronken bij Gasthof Ulmen Klause.


      Eider Sperrwerk
Hierna gaan we linksaf de L305 op, richting Eider Sperrwerk. Hier hebben even kort van het uitzicht genoten en flink uitgewaaid op de dijk. Windkracht 7 was het zeker.


      Sankt Peter Ording
We vervolgen de weg naar
Sankt Peter Ording. Ook hier maakten we snel rechtsomkeert via de 202.


      Kotzenbüll
Hier zagen opeens een grote kerk (
St.-Nikolai-Kirche) verschijnen in een ogenschijnlijk klein buurtschap met zo'n 200 zielen: Kotzenbüll. Hier zijn we toch maar even gaan kijken. De kerk was er slecht aan toe en er werd dan ook aan de bezoekers om een donatie gevraagd. Opmerkelijk was een deels ondergrondse graftombe. Ook waren er oude stenen in de muur van de kerk gemetseld (1567/1596).
Buiten de kerk om kwam het grasland erg ruig, hobbelig, drassig over. Geeft een beetje een beeld hoe het vroeger uitgezien zou kunnen hebben.


      Friedrichstadt
We vervolgden de 202 en kwamen uit bij
Friedrichstadt. Friedrichstadt is voor Nederlanders een aparte stad in deze regio. Ze presenteren zich dan ook "die Höllanderstadt". We parkeerden auto Am Deich en liepen dit stadje in via de Inselweg.

Hier Leit Begraven Beeltie Korstens HuysVrouw van Claus Korst Gebooren Anno 1665 Den 18 January Overleden Anno 17..(00) Den 20 January Oudt Synde 35 Jaer .....

HIER RUHEN
PIETERNELLA
CORNELIA BRINK
GEB REGELMEIJER
1832-1857
UND
AALTJE BRINK GEB
HEIJDENRIJK
1818-1859
MATTH 5.v.8.
Via een bruggetje kwamen we op de Ostergrabenstraße. Hier sloegen we linksaf de Prinzess Straße in. En zo kwamen we langs de Remonstrantse kerk. (Door de beperkte godsdienstvrijheid in Holland waren er velen gevlucht, zo ook hiernaartoe, op verzoek van de toenmalige Herzog Friedrich III. von Schleswig-Gottorf, die deze stad speciaal hiervoor heeft laten bouwen.
Wij gingen even op dit kerkhof kijken, want hier moesten we natuurlijk wel Nederlandse namen tegenkomen. De meeste oude grafstenen lagen rondom uitgelegd. Ook dit kerkhof heeft te lijden gehad onder het instorten van de kerk. Twee stenen waren nog heel. ->
We liepen verder en kwamen uit Am Markt. Hier zit onder andere een antiekwinkel, die we natuurlijk even gingen bekijken. Er stond van alles, wat mogelijk interessant kon zijn. M'n oog viel eerst op een schilderij, wat de kustomgeving weergaf. Een huisje op een wierde met daarom heen weiland en het wad. Verder stonden er een aantal kasten en kastjes die erg mooi waren. Verderop en boven zag ik nog meer schilderijen die wel leuk waren. Ze waren niet extreem geprijsd had ik het idee, maar daar heb ik dan weer onvoldoende verstand van. Ook ontbreekt de kennis of het kwalitatief goed is geschilderd. Voor hetzelfde geld is het gedrukt. Met lege handen gingen we weer verder naar het Am Mittelburgwall. Eerst het bruggetje over de gracht over en daarna rechtsaf langs de gracht. Hierna de bocht naar links volgen de Holmertorstraße in. Deze liepen door tot we weer linksaf met de bocht mee, naar de Schmiedestraße in moesten. Hier begon het harder te regen, zodat we gauw weer linksaf Am Stadsfeld de brug weer over naar Am Markt liepen om daar in het Altes Amtsgericht wat te gaan drinken.
We liepen daarna via de Prinzenstraße en Mittelgrabenstraße weer naar de Ostergrabenstraße, het bruggetje over en het eilandje weer terug naar de auto.


      Husum
We rijden verder over de 202 die prachtig tussen meanderende rivieren
Eider, Treene en Alte Sorge doorloopt. Geweldig gebied om te peddelen!
Bij Norderstapel buigen af naar het noorden over de L39 richting Bünge, waarna we de L37 nemen naar Husum.
De Hotelbordjes worden ditmaal 2 keer gevolgd omdat we weer eens de weg kwijt zijn. Dat is ook beter, want dan pakken we niet de eerste beste hotel. Nu kwamen uit bij Hotel Am Schlosspark. Omdat vanuit het hotel het Schlosspark absoluut niet te zien is, vinden we dit ietsjes overdreven, maar goed, wij overdrijven ook regelmatig. We nemen ons intrek in dit hotel en denken er slim aan te doen om de auto niet op het hotelterrein te parkeren, maar op de aangelegen parkeerterrein van de supermarkt. Zodat we de volgende morgen de auto niet hoeven te verplaatsen als we Husum gaan bekijken.
Na het inchecken lopen we het centrum in, om naar eten te zoeken. Al gauw komen een chinees restaurant genaamd Mandarin tegen. De eerste tot nu toe deze vakantie. Dus deze houden we maar even in onze achterhoofd. We lopen verder en komen bij de haven. Hier zijn ook genoeg restaurants. Het haventje ziet er ook gezellig uit. Ik zie op een aanplakbiljet dat er in een gebouw morgen een marktje met kunstnijverheid is. Altijd leuk. En aangezien het morgen zondag is, zal alles wel dicht zijn. Hebben wij weer.
We kiezen voor chinees eten vanavond. En we laten het ons goed smaken. Na afloop, nemen we de winkelstraat als terugweg en zo komen we ook weer over onze autorijroute door de winkelstraat. Dat hebben ze hier wel apart opgelost. Het is niet omgebouwd tot voetgangersgebied. Op zich gaat om een best brede straat. Toch is het een één richting verkeersweg. En het opvallende is dat je er max 10 km mag rijden. Dat is best te doen. Je bent er als automobilist zo doorheen, maar het verstoort het winkelend publiek niet.
Wij waren weer blij dat we ons buikje vol hadden en een bedje gevonden hadden.

spiksplinternieuwe weg naar Itzehoe, druk hè?

Tiefste deutsche Landstelle

Tiefste deutsche Landstelle

weilanden bij Ecklakerhörn

Hochbrücke Brunsbüttel over Nord-Ostsee-Kanal

Hochbrücke Brunsbüttel over Nord-Ostsee-Kanal

Nord-Ostsee-Kanal

op de Hochbrücke Brunsbüttel

Hochbrücke Brunsbüttel

hafen, Büsum

St. Bartholomäus-Kirche, Wesselburen

Wesselburen

Gasthof Ulmen Klause, Wesselburen

Eider Sperrwerk

Eider Sperrwerk

Eider Sperrwerk

Kotzenbüll

Kotzenbüll

Kotzenbüll

Remonstrantse kerk, Friedrichstadt

Am Markt, Friedrichstadt

Am Mittelburgwall, Friedrichstadt

de brug Am Mittelburgwall, Friedrichstadt

Holmertorstraße, Friedrichstadt

Altes Amtsgericht, Friedrichstadt

Hafenstraße, Husum

Hafenstraße, Husum

Krämerstraße, Husum

Schloßgang, Husum

Schloßstraße, Husum

Schloßstraße, Husum met uitzicht op Best Western Theodor-Storm-Hotel







Dag 7: van Husum naar Bredstedt
via Süderlügum

Na het ontbijt weer rustig naar het haventje gelopen, waar we een bezoekje brachten aan het Kunstnijverheidsmarktje. Er werden bij een paar kraampjes wel leuke spulletjes gemaakt. Met een kraamhouder gesproken over de gang van zaken op dit soort marktjes. Dat het soms wel duur is om een kraampje te huren. De prijzen variëren van zo'n 40-50 Euro tot bij gewilde markten wel het dubbele. Dan verdient er in ieder geval iemand een goede boterham.
Nadat we de twee etages hadden bekeken met totaal zo'n 30 kraampjes, gingen we weer naar buiten. Het weer was nog steeds regenachtig.
k  a a r  t  7
hotelbalkon Am Schlosspark, Husum

hotelkamer Am Schlosspark, Husum

hotelkamer Am Schlosspark, Husum

We liepen een stukje onder de paraplu langs het haventje en zagen toen dat het Schiffahrtsmuseum Nordfriesland open was. Dus daar ook maar een kijkje genomen. En dat was zeer boeiend.
En omdat het de 4e zondag in de maand was, was het gratis entree en mochten we na afloop zelf een schenking doen.
Aan het einde moest er toch nog een boek gescoord worden: Gestrandet bei Uelvesbüll : Wrackarchäologie in Nordfriesland / Hans Joachim Kühn
Husum Druck- und Verlagsgesellschaft
ISBN 978-3-88042-917-8
In der nordfriesischen Marsch, im Wattenmeer und unter den Außensänden liegen zahlr. Wracks begraben - Reste der über 700 Frachtsegler, die nachweislich zwischen Eiderstedt und Sylt gestrandet sind. Dieses für die archäologische Forschung unerschlossene "Bodenarchiv" ist erst im Jahre 1994 im Uelvesbüller Koog mit der geradezu sensationellen Entdeckung eines 400 Jahre alten Wracks geöffnet worden. Das Wrack und sein überraschend reichhaltiges Inventar werden in diesem Band ausführlich vorgestellt und Details über Schiffbautechnik, Schiffsausrüstung und auch das Leben an Bord vermittelt. Mit seiner "Strandungsgeschichte" beschreitet der Autor den schmalen Grat zwischen fach- und populärwissenschaftlichem Anspruch auf spannende, gelungene Weise.
Dit schip ligt namelijk in dit museum en is best wel groot. Het gaat hier om een Hollandse platbodem. Waarschijnlijk is het rond 1600 gebouwd en in het na 20-30 jaar gezonken. Op z'n laatste reis had het saat-hafer (Avena sativa) haver aan boord.
Naast dit wrak en diverse modellen, wordt er ook aandacht besteed aan het maken van een houten schip, de gereedschappen, visserij, navigatie etc.
En een andere ruimte (buiten) hing aan de muur diverse scheepsnaamborden, onder andere van "Jacob & Catharina".

Nadat we tegen de middag klaar waren met kijken, zochten we de auto weer op om onze reis te vervolgen.
Op gevoel richting het noordoosten de stad uitgereden om te ontdekken dat we op de K81 richting Hattstadt aan het rijden waren. We namen vervolgens de afslag L273 naar Horstedt. Via een landweggetje komen we in Olderup uit. Daarna rijden we naar de 200, waar we linksaf gaan. We nemen bij Viöl de L28 linksaf en rijden door Norstedt, een leuk stukje bos (komen we niet vaak tegen!), Dreldorf en Bredstedt. Hier rijden we onszelf klem op de Marktplatz omdat paaltjes het vervolg van de weg versperren. Dus maar even keren en via Markt en Herrmannstraße komen we op de 5 uit die ons naar de L5 brengt.


      Bordelum
Hier rijden we over een dijkweg door Ost-Bordulum en West-Bordelum (Bordelum zelf, bestaat kennelijk niet), Uphusum, Ebüll en Sterdebüll. Hier rijden we rechtdoor en komen op de L191 op en zien een redelijk leeg polderlandschap. Uiteraard staan ook hier diverse windmolens om elektra op te wekken. Die komen we in groten getale tegen langs de kust.

Tijd om even dit landschap te fotograferen. Een dijk, een boerderij op een wierde en een spaarbekken. Daarna wordt het toch echt tijd voor wat eten en een bakje koffie. Dat had eigenlijk al in Bredstedt moeten gebeuren, maar daar zat het dus even tegen.


      Schlüttsiel
Hier kwamen weer een sluis tegen: Schlüttsiel, waar we -genietend van het vrije uitzicht- ons broodje konden nuttigen. Het was weer eb en we konden met het blote oog diverse eilandjes zien liggen. Al is dat wel moeilijk te zien met eb. Het zou me niks verbazen, dit wad op de kaart in ogenschouw nemend, dat ik binnenkort ergens ga lezen dat dit wad vroeger ook allemaal land was, maar door een paar Noordzee inbraken toch te laag ligt om het al millennium stijgende zeewater te weerstaan. En zonder goede dijken blijft dit natuurlijk ook zo. Inmiddels bewuste keuze, om dit wad zo te houden en dus omgedoopt tot beschermd natuurpark.

Zoals op de foto goed te zien, kalft het grond hier ook nog steeds verder af. Kan dit gebied ook niet de vele regen aan, die onlangs gevallen is? En is het door de droogte van dit voorjaar zo uitgedroogd, dat het nu afbrokkelt?
Na een wandelingetje door de haven van Schlüttsiel, waar we zien dat er flink wat water wordt weggepompt uit het achterland, lopen we dijk weer op om een bakje koffie te halen. Het zonnetje breekt eindelijk weer eens door, dus kunnen we buiten in zon gaan zitten.


      Niebüll
Hierna vervolgen we de L191 route en komen we uit in Niebüll. Hier zagen we een bordje
Friesisches Museum en dus volgden we dit bordje. Zoals gebruikelijk in een dorp, raakten we weer de weg kwijt. Dus besloten we de auto maar naast de bakkerij te zetten en weer even teruglopen naar de ingang. Die zat dan ook wel op een vreemde plek. Aan een klein doodlopend weggetje, ga je door een wit hekje en dan loop je over een groot -goed onderhouden- grasveld naar de deur van een boerderij. (Achteraf bleek dat we beter vanaf de Osterweg hadden kunnen komen.)
Nordfriesisches Heimatmuseum (Freilichtmuseum). 200 Jahre altes Bauernhaus mit Originalausstattung: Möbel, Hausrat, landwirtschaftliche Arbeitsgeräte aus der Zeit vor der Industrialisierung (19. Jh.), Delfter Kacheln, Beilegeöfen und komplette Küche, 400 Ausstellungsstücke friesischer Volkskultur. (bron: Erlebnistouren-Nordfriesland) We traden naar binnen en hoorden stemmen: een oudere man was een stel zaken aan het uitleggen. Het stel werd verzocht rustig op hun gemak zelf verder te kijken. Zo kon de man ons te woord staan. Na een vriendelijke kennismaking konden we de entreegelden betalen.

Hoogwater in het riviertje Husumer Mühlenau, wat z'n water loost in het haventje van Husum, waar het water Husumer Au heet.

Uitleg spuisluis. Door waterdrukverschil openen de sluisdeuren bij hoogwater in het riviertje en eb in de haven. En bij vloed gaan ze weer dicht.

Hollandse Schooner Kofschip (middenplank, 2e van links), Schiffahrtsmuseum

Hollandse Schokker, Tjalk, Poon en Smak (2e plank van boven, 2e van links ev), Schiffahrtsmuseum

Friesenschiff (nagebouwd), Schiffahrtsmuseum

het wrak, Schiffahrtsmuseum

Nederlandse scheepstypen, Schiffahrtsmuseum

het oudst bekende boot van rendiergeweien, hazelaarstokken en dierenhuiden, Schiffahrtsmuseum

Polderdijk, vanaf de L191, thv Louisenkoog

boerderij op een wierde, vanaf de L191, thv aansluiting L11

Speicherbecken, vanaf de L191, net na Gaarde

't Wad en het eiland Oland, vanaf Schlüttsiel

't Wad en het eiland Gröde, vanaf Schlüttsiel

Schlüttsiel

water uit Schlüttsiel
bakje koffie in de zon, Schlüttsiel
Ook was het boekje over deze boerderij natuurlijk van groot belang en kochten we dan ook. Daarna werden we op sleeptouw genomen door de oude baas, die honderd uit vertelde. Ook op onze vragen ging hij gretig in. Dit ging echter ten kostte van het fotograferen van diverse zaken. Aangekomen bij de gereedschappen kwamen we bij een nieuw aanwinst, de muizenval. Met trots -zoals bij alles- vertelde hij hoe het werkte. Op de foto zien we in de zijkant 5 poortjes (dus voor 5 muizen) met een deurtje ervoor, behalve de middelste, deze is halfopen. Verder zien we 2x5 rijen hokjes. Een rij van 5 (met dus 5 poortjes) en daarachter ook weer 5 rijen. In het midden kunnen we nog net zien, dat hier ook open poortjes zitten (dus zonder deur). Het geheel in afgedekt met fijnmazig gaas.
In de achterste 5 rijen wordt iets lekkers voor muizen gelegd (kaas) en het is de bedoeling dat de muizen dit gaan pakken. Ze moeten daarom door het voorste poortje, waarvan de deur openstaat, naar binnen. Wanneer ze hierdoor zijn gegaan, komen ze een obstakel tegen om in het tweede kamertje te komen waar het lekkers ligt. In het tweede poortje zit namelijk een touwtje gespannen, zodat de muis er niet door kan. Dus moet de muis eerst het touwtje doorknagen om bij het lekkers te komen. Echter op het moment dat het touwtje doorgeknaagd is, valt het valdeurtje naar beneden en zit het muisje opgesloten. Het muisje kan echter nog wel genieten van het lekkers. Dus omkomen van de honger zal het niet. En daarna kan het in de vrije natuur weer vrijgelaten worden.
Daarna liepen we naar de stal, waar diverse geografisch kaarten hingen van de omgeving. Ook hier hebben ze last gehad van diverse Noordzee-inbraken en lag Niebüll ook soms aan de kust in plaats van in de polder. Ook wist de man ons te vertellen dat er nog steeds een Interfreeske Raad/Fryske Rie/Friesenrat/Friese Raad/Fräisken Räid/Frisisk Råd bestaat, die jaarlijks bijeenkomt! Kijk dat is leuk om te horen.
Minder leuk was, dat de bevolking van deze regio zich enigszins in de steek gelaten voelt, omdat er te weinig gedaan wordt aan de dijkverhoging terwijl de bewoners ook gewoon belasting betalen. Het probleem is echter dat er dit gebied relatief zo weinig mensen wonen, dat het geld liever aan gebieden worden besteed, waar méér mensen wonen.
Thet is Frisesk riucht
Naar aanleiding van het verhaal over het opgeven van het kustgebied, kan ik het niet laten om hier alvast een stukje uit het literatuuronderzoek te plaatsen. Dat is namelijk hier op z'n plaats. Het betreft een citaat uit "Lichaam, eer en recht in middeleeuws Friesland : een studie naar de Oudfriese boeteregisters" van Han Nijdam. Hij citeert en vertaald uit het Riustringer register (10):
Thet is ac londriucht, thet wi Frisa hagon ene seburch to stiftande and to sterande, enne geldene hop, ther umbe al Frislond lith; ther skil on wesa allera ierdik iuin har oron, ther thi salta se betha thes dis antes nachtes to swilith. Ther skil thi utrosta anti inrosta thes wiges plichtich wesa, tha strete thes wintres and thes sumures mith wegke and mith weine to farande, thet thi wein tha oron meta mugi. Alsa thi inrosta to tha dike cumth, sa hagere alsa gratene fretho opa tha dike, alsare oua tha wilasa werpe and alsare oua tha wieda stherekhoui; heththere thenne buta dike alsa felo heles londes and grenes turues, thetterne dikstathul mithi halda mugi, sa halde hine thermithi. Ac neththere nauwet sa felo buta dike heles londes and grenes turues, thetterne dik mithi halda mugi, sa hagere binna dike thritich fota turues and thritich fethma to gerse; thet skel wesa alla fennon anda fili er sante Vitesdi.
Vta skilu wi Frisa vse lond halda mith thrium tauwon, mith tha spada and mith there bera and mith there forke. Ac skilu wi use lond wera mith egge and mith orde and mith tha bruna skelde with thene stapa helm and with thene rada skeld and with thet unriuchte herskipi. Aldus skilu wi Frisa halda use lond fon oua to uta, ief us God helpa wili and sante Peder.

Dit is ook landrecht, dat wij Friezen een zeeburcht moeten stichten en versterken, een gouden band, die om heel Friesland ligt; op die zeedijk, waar de zoute zee dag en nacht tegen aan spoelt, moet elke roedemaat even hoog zijn als de andere. Daar zullen de vlak bij de dijk wonende mensen en de meer landinwaarts wonende beide onderhoudsplichtig zijn voor de weg, zodat de straat ’s zomers en ’s winters met paard en wagen zo te begaan is, dat de ene wagen de andere kan passeren. Als degene die meer landinwaarts woont naar de dijk komt, dan heeft hij recht op een net zo hoge vrede op de dijk, als hij heeft op de ongewijde dingplaats en op het gewijde kerkhof; en heeft hij dan buitendijks zoveel land en groene zoden, dat hij het dijklichaam daarmee kan onderhouden, dan moet hij het daarmee onderhouden. Maar indien hij niet zoveel land en groene zoden buitendijks heeft, dat hij het dijklichaam daarmee kan onderhouden, dan mag hij binnendijks dertig voet zoden en dertig vadem gras afgraven; dat geldt voor alle weiden in het steile kustgebied voor St. Vitusdag.
Tegen de zee toe moeten wij Friezen ons land beschermen met drie werktuigen, met de schop en met de berrie en met de greep. Ook moeten wij ons land beschermen met zwaard en speer en met het bruine schild tegen de hoge helm en tegen het rode schild en tegen de onrechtvaardige heerschappij. Zo moeten wij Friezen ons land behouden van binnenland tot aan de zee, als God en Sint Pieter ons helpen willen.
Kortom, jullie kunnen beter naar hoger gelegen gebieden verhuizen, want wij de belastingontvanger, gaan jullie probleem niet oplossen. Toch typisch is dat. Want als het hier nat gaat, gaat het elders ook nat. En je raakt een hoop landbouw/grasland kwijt. Wat ook typisch is dat de bevolking hier eeuwen heeft gestreden om hun eigen huis en haard te beschermen met wierden en dijken, ook in de periode dat ze zich nog Vrije Friezen konden noemen en er nog helemaal geen centraal gezag was, laat staan belastinggeld, en dat ze nu, nu alles zo goed is geregeld, technisch van alles mogelijk is, de centrale overheid zegt, dat de bevolking beter kan verkassen. Erg typisch. Ik vraag me af, waar is het mis gegaan? En vooral, wat is hieraan te doen? Erg benieuwd wat ze op zo'n jaarlijkse bijeenkomst doen en wat ze daar zoal bespreken.
Na deze discussie kwamen we weer in de blauwe woonkamer, waar ik hem wees op de boeken. Hij pakte er eentje en dat was een poos niet gebeurd. De boeken staan hier overduidelijk niet goed. Het papier was duidelijk aangetast door vocht, vorst en hitte. Jammer. Hij zou kijken of ze mogelijk ergens anders konden staan.
Vervolgens kwamen er weer een nieuw stel binnen en begon hij weer van voren af aan. En wij gingen weer verder met onze reis.
Voordat we wegreden uit Niebüll wil ik eerst nog even een in mijn ogen prachtig pand op de foto zetten. Het staat schuin tegenover de bakker waar we de auto hadden staan. Volgens een plakkaat had hier in de periode 1894 - tot aan z'n dood in 1917 de schilder
Carl Ludwig Jessen gewoond. De Friesenmahler, omdat hij bekend was van het schilderen van de boerencultuur en het Friese landschap.


      Lexgaard
We gingen door het dorp verder naar Süderlügum, ons laatste hoogtepunt op de kaart. Hierna gaan we weer naar beneden en rijden via de L301 Lexgaard tegemoet. Wat een uitstraling heeft dit buurtschapje (57 zielen in 2010). Je wordt er vrolijk van. Het is dat het nog steeds een grauwe dag is met af en toe een regenbuitje. Maar Lexgaard schijnt zelf, al zie je dat niet echt op de foto. De werkelijk is echter anders dan wat een foto kan vangen.
Via de L246 rijden we verder naar Leck. Daarna over de K115 en K89 naar Lindholm, over de L10 naar Risum-Lindholm. Bij het wierdebuurtschap
Waygaard (het hof van Weig) gaan we rechtsaf de L6 op en nemen verder de L13 bij Addebüll. Bij Goldelund nemen we verder de L12 naar en komen we weer uit in Bredstedt.


      Bredstedt
Gezien het tijdstip gaan we hier toch maar kijken naar een hotel. De eerste aan de Oosterstraße zat vol en verwees ons door naar de "die Friesenhalle" aan de andere kant van de Markt. Dus reden een stukje verder en zagen links de paaltjes die ons vanochtend nog hadden geblokkeerd. Helaas hadden de eigenaren van de Friesenhalle andere plannen met hun leven en waren gestopt. Dus vervolgden we de weg en kwamen "
Ulmenhof" tegen. We aarzelden, maar hadden ook geen zin in verdere zoektochten.
Ze hadden nog een kamer vrij, later zal blijken waarom, dus deze namen we maar. We namen intrek op onze kamer in dit mooie pand. Wat opviel was, dat er aan diverse objecten prijskaartjes zaten. Dus ze waren ook nog een antiekwinkel. Of een antiekwinkel gebruikte het hotel als vitrinekast, kan ook. Ook slim!
Omdat we wel al een eindje uit het centrum waren gereden, bleven we ook maar in het hotel-restaurant eten. Vreemd genoeg waren was het hele restaurant leeg en stonden er nauwelijks auto's op het parkeerterrein. Hoezo dan maar een kamer nog vrij. Deze vraag werd al snel beantwoord toe we aan ons voorgerecht zaten. Een buslading met 65+ers werd hier afgezet en het was gedaan met de stilte. Gelukkig was het personeel ons niet vergeten en werd met enige regelmaat gekeken of we toe waren aan ons volgende gang.
Na het eten trokken we ons terug op de kamer, waar nog wat gelezen hebben voordat we weer vroeg gingen slapen. Deze nacht was ik voor het eerst de weg kwijt, tijdens de toiletgang. Half slapend stond ik in de walk-in-kast. Tja, ik moest dus toch een andere kamer in het donker zoeken. Heleen moest er hartelijk om lachen, want die had mijn gestommel wel meegekregen. Dat is het leuke aan die mooie panden, ze hebben houten vloeren, dus elke stap, kraakt en alles wat ook op deze plank staat beweegt mee en maakt eventueel z'n eigen geluidje en verder piept natuurlijk elke authentieke deur.

keukenhaard, Friesisches Museum, Niebüll

hand-karn-machiene, Friesisches Museum, Niebüll

muizenval, Friesisches Museum, Niebüll

"Dat zet geen zoden aan de dijk."

De oorsprong van dit spreekwoord kan verklaard worden middels het hiernaast staande landrecht!

Deezbüller Straße, Niebüll

Lexgaard, een stralende buurtschap, als je niet zonnig bent, dan wordt je van het aanzicht van dit dorp wel!

Lexgaard

hotelkamer, Ulmenhof, Bredstedt

hotelkamer, Ulmenhof, Bredstedt






Dag 8: van Bredstedt naar Glückstadt

We werden deze ochtend gewekt door enkele personen die buiten, maar toevallig onder onze open raam een sigaretje met een gezellige babbel aan het roken waren. Wij waren kennelijk dan ook uitgeslapen, anders zouden we hiervan niet wakker geworden zijn.
Het personeel had er kennelijk vanochtend moeite mee om deze buslading te verwerken, want toen we aan ons ontbijt wilden beginnen, was er niemand te vinden en was de eetzaal een grote chaos. Ok, ik overdrijf. We maakten een redelijk schoon tafeltje voor onszelf klaar en gingen op zoek naar een justje, eten en personeel. Na enige tijd hadden we dit voor elkaar en konden we gaan ontbijten.
Grappig was, dat ook dit hotel weer over een sauna en zwembad beschikte. Zoals gebruikelijk moet ook dit een uur van tevoren aangevraagd worden. Zou hiervan vaak gebruik gemaakt worden? Na het ontbijt en inpakken gingen we weer op pad. Duidelijk met het gevoel dat we op de terugreis waren, begonnen we deze rit op de 5, namen we het dorpje Hattstedt even mee, om na Husum op de L135 terecht te komen.


      Rantrum
Bij Rantrum kwamen we een ooievaarsnest langs de kant van weg tegen. Ook hier geldt, als je een foto ervan wilt maken, dan moet je het nu doen, want straks kan het niet meer.

k  a a r  t  8
hotel Ulmenhof, Bredstedt

hotel Ulmenhof, Bredstedt

ooievaarsnest Rantrum

We vervolgden de weg naar Oldersbek en sloegen rechtsaf richting Ramstedt en Schwabstedt. Hier kwamen we het riviertje Treene weer tegen. Middels de L38 kwamen we weer uit in Seeth, waarna we voor de 2e keer de 202 in dezelfde richting bereden naar Nordenstapel. Nu sloegen we echter rechtsaf en bleven we op de 202 naar Erfde. Hier sloegen we weer rechtsaf de L172 op en kwamen we de Eider weer tegen. Dat lijkt me een prachtige rivier om eens een boottocht over te maken.


      Heide
We rijden verder over de het verlengde van de L172 en komen op de L150 die ons naar Heide brengt. Hier parkeren we auto in het doodlopende straatje "Kleine Westerstraße" met vrij parkeren en lopen naar het centrum via deze straat en de Große Westerstraße. We komen uit op Markt en gaan eerst even een bakje koffiedrinken aan het begin van de winkelstraat Süderstraße.
Daarna struinen we deze winkelstraat af, waar we meteen al een antiekwinkel induiken en ook weer interessante zaken zien. Maar ja, zonder kennis van zaken iets kopen is niet slim, dus ook hier weer met lege handen uit. In de Friedrichstraße kwamen we weer boekhandels tegen en ook hier konden we het weer niet laten.
Die Nordseeküste : Geschichte einer Landschaft / Dirk Meier
Boyens
ISBN 978-3-8042-1182-7
Dirk Meier zeigt, wie die heutige Küstenlandschaft entstand, erläutert den Anstieg des Meeresspiegels, beschreibt das Leben der ersten Siedler an der Küste und erzählt, wie die Menschen sich durch den Bau von Deichen und Warften vor Sturmfluten zu schützen versuchten.




Nordseeküste und Schleswig-Holstein : Die 66 schönsten Ausflüge und Tipps für Ihre Freizeit und Kultur / Jutta Kürtz
Merian
ISBN 978-3-8342-0684-8













Schleswig-Holstein anschaulich : Streifzüge durch das Land und seine Geschichte / Heinz-Joachim Draeger
Convent Verlag
ISBN 978-3-86633-017-7









Nordseeküste Niedersachsen / Roland Hanewald
Reise Know-How
ISBN 978-3-8317-1963-1
Das optimale Handbuch um die Region individuell zu erleben und die Schönheiten der niedersächsischen Nordseeküste entlang der Störtebekerstraße zu entdecken: von Leer über Emden und Norden nach Wilhelmshaven, um den Jadebusen herum, nach Bremerhaven und Cuxhaven bis nach Stade.








Na het rondje winkelstraat gelopen te hebben, komen we weer uit bij Markt, waar we bij een Italiaanse ijssalon een koffie gaan drinken. Hierna sloffen we weer naar de auto om een poging te doen een begraafplaats te vinden. Na een poosje rijden gaan we het maar eens vragen (we zijn dan ergens aan het begin van de Rosenstraße aangekomen). We worden weer in de richting gestuurd waar we vandaan kwamen. (Bleken we er dus vlak onder te zitten.) Na paar straten gaven het maar op en probeerden op gevoel de stad weer uit te komen. Aan het einde van de Loher Weg in het buurtplaatsje Lohe Rickelshof ligt een klein parkeerplaatsje, waar we maar even ons broodje gingen eten en een nieuw plannetje gingen maken.


      Nord-Ostsee-Kanal
We moesten nog over het Nord-Ostsee-Kanaal en niet over de snelweg en niet dezelfde als de heenreis en niet met een (fiets)pont. Dan bleef er maar eentje over. En dus reden we naar Hemmingstedt waar we via de 5 naar Meldorf namen. Hier gingen we verder over de 431-L316 over de HochBrücke over de Nord-Ostsee-Kanaal. Echt hoog is deze brug. Daar past elk schip onder door.


      Itzehoe
En verder gingen we weer met de L131 en L127 naar Itzehoe. Nu we hier toch waren, toch maar even kijken. Het is niet echt groot. En dus waren we er binnen een uurtje ook weer weg. Al hadden we daar een beetje problemen mee. En aangezien ze natuurlijk net op de weg waar wij verkeerd reden, ook met de weg bezig waren, duurde het ook nog enige tijd, voordat we dit konden corrigeren. Maar goed, uiteindelijk hadden we Itzehoe achter ons gelaten en reden we naar Glückstadt.


      Glückstadt
We wilden eigenlijk een poging doen om niet de weg naar de pont te nemen, want daar stond natuurlijk een rij voor. Gelukkig voor ons kwamen we deze niet tegen. En konden we rustig de auto parkeren Am Markt, waarna we na 1 mislukte poging meteen naar de plaatselijk VVV gingen. Hier lieten voor 2,50 een kamer zoeken. Deze bleek boven de bakker te zitten, ook Am Markt. Dus dat was geregeld.
Als we snel waren, konden we nog het personeel treffen om ons de sleutel te geven. Dus liepen we even snel naar de bakker. Een meisje liep met ons mee naar de kamer, met een overdekte buitentrap naar de vierde verdieping. Aan deze trap woonden nog diverse andere mensen. Apart. Maar goed, wij hadden weer een bed en daar ging het om. Niet echt een kamer om de koffer naar toe te slepen. De auto stond goed op het plein, vanaf 9:00 weer betaald parkeren, maar dan waren wij al weer weg. We konden nu lekker in de zon gaan zitten, want die schijnt in
Glückstadt, immer! Terrasjes genoeg en dus kozen we er een, waar de zon het langste zou schijnen, zodat we ook lekker buiten konden eten. Dat werd dus Ricci's Restaurant. Lekker.
Dat schall glücken und dat mutt glücken, un dann schall se ok Glückstadt heten“ – Mit diesen optimistischen Worten ließ der dänische König Christian IV. 1617 den ersten Grundstein für unsere schöne Stadt legen. Wanneer ik deze verklaring lees, dan krijgt de naam toch een andere betekenis, dan dat ik eerst dacht. Eerst dacht ik het vertaalt "Gelukstad" zou heten, maar ik vertaal de uitspraak van de deense Koning toch meer als "Dat zal (ge)lukken en dat moet (ge)lukken", dus "Gelukt-stad". Tja, en dat is meer een poging laten doen slagen.

Na het eten een wandeling langs de haven en naar de pier gemaakt. Hier hadden we een groots uitzicht over de Elbe. In de haven zagen we nog een zeehond zwemmen. Helaas wou hij niet op de foto. Daarna weer via een andere weg naar ons pleintje, waar we buiten nog iets hebben gedronken bij de buurman Hotel & Restaurant Raumann. Toen het donker werd, zijn we naar onze kamer gegaan en nog wat gelezen. En toen lekker slapen en genieten van de kerktoren die precies de tijd aangeeft. Kwart over ... 1x hoog slaan, half ... 2x hoog slaan, kwart voor ... 3x hoog slaan, heel ... 4 x hoog slaan plus het aantal uren laag slaan. (Hoog slaan is een hoge toon en laag slaan een lage toon torenklokbel.) Tja, dat duurde wel even....

St. Jürgen-Kirche, Heide

Nord-Ostsee-Kanaal thv L316 vanaf de HochBrücke

Nord-Ostsee-Kanaal thv L316 vanaf de HochBrücke

Nord-Ostsee-Kanaal thv L316 vanaf de HochBrücke

L316 en de HochBrücke

Stadtkirche St. Laurentii, Itzehoe

Adelige Kloster, Itzehoe

Klosterhof, Itzehoe

boekenleencel, Kirchenstraße, Itzehoe

rondje Am Markt (12), Glückstadt

rondje Am Markt (2), Glückstadt

rondje Am Markt (4), Glückstadt

rondje Am Markt (6), Glückstadt

rondje Am Markt (7:30), Glückstadt

rondje Am Markt (9), Glückstadt

Ricci's Restaurant, Am Markt, Glückstadt

Am Fleth, Glückstadt

de Stadsbakkerij sinds 1631, Am Fleth, Glückstadt

Am Hafen, Glückstadt

op de pier met uitzicht op de Elbe, Am Hafen, Glückstadt

op de pier met uitzicht op de Elbe, de pont van morgen, Am Hafen, Glückstadt







Dag 9: van Glückstadt naar Elsfleth

k  a a r  t  9      

kamer boven bakkerij, Glückstadt

kamer boven bakkerij, Glückstadt

Nadat we genoeg kwartiertjes voorbij hadden horen komen, zijn we maar eens opgestaan. Het was nog vroeg, maar... bakkers zijn ook vroeg.
Genietend van de nieuwe dag naar buiten kijkend, zag ik de familie kauw ook wakker worden. Ze kwamen een voor een de schoorsteen uitkruipen, waarbij ze uitrekkend de nieuwe dag aanschouwen, even de nacht uit de veren schuddend aan de kant gaan staan, zodat pa of ma ook fatsoenlijk eruit kan klimmen. Vervolgens worden de veertjes verder gepoetst. Erg leuk om eens te zien. Ze gaapten nog net niet.
Nadat wij ook gepoetst waren gingen we naar beneden waar de bakker ons ontbijtje al klaar had staan.
Nadat we van 4hoog onze spullen hadden gehaald en in de auto hadden gelegd, gingen we nog een klein rondje om de kerk maken. En toen konden we echt Glückstadt verlaten.


      Elbe
Omdat het nog vroeg was, stond er natuurlijk ook nog geen lange rij voor de oversteek met de pont. 4 auto's stonden er voor ons. Dus ook dat hadden goed bedacht en de uitwerking klopte.
Na weer een leuke boottocht (en op de boot even gekeken hoe de wc eruitzag, bleek dat onder het dek nog een hele verdieping te zijn, waar mensen konden zitten, maar ook eten konden kopen etc.) kwamen we vlot aan de overkant.


      Stade
Hier vervolgden we de 495 tot we over de L111 konden gaan rijden en namen de L110 het Hanze vestingstadje
Stade in. We reden eerst een rondje om de stad om te kijken waar we auto konden neerzetten en zo hadden we meteen inzicht hoe groot het centrum was. Wat een alleraardigst stadje. Dus de auto bij een grote supermarkt, net buiten het centrum, geparkeerd en in zomerkledij (het zonnetje scheen al lekker) de stad in. We liepen de Alt-Stadt binnen bij Wasser Ost. Dit zal onvermijdelijk de meest fotogenieke omgeving van Stade zijn!
Aan het einde van deze gracht (wat onderdeel is van de Schwinge dat door en om de Alt-stadt stroomt) hebben we even een koffie gedronken. Daarna trokken we de stad in. Via de Kehdinger Straße, rechtsaf de Hökerstraße in. We werden vervolgens afgeleid door een kerktoren en dus liepen naar de Ss. Cosmae et Damiani-kerk.
Teruggelopen naar de Hökerstraße, zagen we dat de straat naar beneden er ook leuk uitzag. Dus liepen wij rechtdoor de Neue Straße in. Op de hoek met de Steile Straße zagen we geblazen glas producten en dus hebben even gekeken. Indrukwekkend vonden we de producten waarin een groot glazen object in de buik van een flesachtig object zaten. Om het hoekje kon je ze aan het werk zien.
We vervolgden de Hökerstraße, en liepen we langs het Raadshuis, hier kon je zo even naar binnen lopen. Hierna volgde een boekhandel en zowaar, we kwamen met lege handen hieruit. We zagen weer een kerk en liepen door de Flutstaße naar de kerk. Bij de Schiefestraße ging we rechtsaf en bij de Archivstraße weer. Deze straat komt uit op een parkeerterrein Am Sande. Zo kwamen langs de Poststraße, waar je een indrukwekkend beeld had op de Ss. Cosmae et Damiani die duidelijk lager ligt dan de deze kant van de stad. Wij gingen aan het einde van de straat weer naar rechts de Holzstraße in.
Hierdoor kwamen we op de Pferdemarkt uit. Hier waren een aantal dingen te zien. Allereerst een waterpartij met beelden: "der Fischer und seiner Frau"-brunnen naar aanleiding van het sprookje "Von dem Fischer und seiner Frau". Ook zagen de putdeksels er leuk uit. Verder was er nog een mozaïk-kompas te zien, met daarop de afstanden naar andere steden. Wij accentueren de richting en afstand naar
Zwolle (255 km, 006º06'E,52º30'N) en
Soest (242 km, 008º06'E,51º34'N).
Daarna kon ik even een goed kijkje nemen in de Sattelmacherstraße, en zag op het dak van de slagerij de slager en een varken lopen. Vervolgens liepen we dezelfde weg terug naar de auto. En we gingen weer verder. Eerst reden via de L140 de stad weer uit om linksaf een stukje L110 te rijden, waarna we opeens weer op de L140 zaten en tevens Stade weer inreden. We vervolgden onze weg met de 73 (weer Stade uit) om te ontdekken hoe de hemelpoort eruit zou zien. We reden Himmelpforten in en waren er ook zo weer uit. Bij Hechthausen reden we de Oste over gingen we even wat eten en drinken. Vervolgens reden we over de L116 richting Laumühlen naar Vor dem Moor en Lamstedt.


      Beverstedt
Daarna volgden Mittelstenahe en Moorausmoor, Lintig, Hainmühlen waar we verder gaan over de L128, Köhlen, Vorm Moor, Geestenseth en uiteindelijk
Beverstedt waar we weer een poging gaan doen om iets te drinken. Wel grappig dat deze plaatsnamen zich laten lezen, zodanig dat je weet in welke omgeving je bent. Na een rondje gelopen te hebben vonden uiteindelijk een bakker waar we kopje koffie konden krijgen. Omdat er verder niets boeiend te vinden was reden we maar weer verder. Middels de L134 reden we door Stubben, Bramstedt, Hagen im Bremischen. Hier pakten we de K51, reden al snel over de E234/27 heen en kwamen Sandstedt bij Weser uit.


      Weser
Hier namen we het pontje naar Brake. Dit pontje was een stuk kleiner dan die over de Elbe.
We waren eigenlijk er nu ook wel weer een beetje klaar mee (met autorijden). Dus maar op zoek naar een slaapplaats. We wilden niet naar Oldenburg, want daar waren we twee jaar geleden al een dagje naar toe geweest. En we wilden ook niet te dicht in de buurt van Bremen komen, daarom waren we juist met het pontje overgestoken. Dus hoopten we maar dat er nog iets langs de Weser zouden vinden.


      Elsfleth
En daar kwam Elsfleth al in zicht en na de eerste bocht zagen we
Hotel-Restaurant Alte Mühle staan. KLAAR! (...)
Er was voor ons uiteraard een kamer en ook eten, dus we konden met een gerust hart even uitpuffen en daarna lekker eten.

Na het eten een lange wandeling door Elsfleth gemaakt. We dachten dat Elsfleth een soort van lintbebouwing had en klopte ook wel. Een hele lange lint. We begonnen op de dijk Weserstraße. De dijk moet bescherming bieden tegen de Weser, eigenlijk z'n zijtak de Hunte. We kwamen hier aan het begin van de dijk ook al in de mogelijkheid om de Hunte van dichtbij te zien. Dat hebben dus maar even gedaan. Deze dijkweg was ongeveer een kilometer lang. Daarna kwamen op een overslaghaventje uit. Hier moest Heleen natuurlijk even aan de kettingen hangen.
En toen bleek dat Elsfleth ook nog een centrum had. Op het pleintje (Bahnhofstraße) stond een enorm "Denkmal des Schwarzen Herzogs". [Friedrich Wilhelm von Braunschweig-Lüneburg-Oels (1771–1815); am Hafen steht das Denkmal des Schwarzen Herzogs. Es wurde 1859 zum Andenken an ihn und seine Schwarze Schar errichtet, die gegen Napoléon Bonaparte kämpfte und sich nach dem Gefecht bei Ölper hier und in Brake am 6./7. August 1809 nach England einschiffte.]
We liepen dit centrum in via de Steinstraße. Deze liepen we echter maar zo'n 300 meter, want daarna was het centrum alweer afgelopen. Het was wel een leuk dorpswinkelstraatje. Daarna liepen we dezelfde weg weer terug (bang als we waren om te verdwalen). En we liepen over de parallelweg van de Weserstraße, genaamd de Mühlenstraße, weer terug. Al met al toch een kleine 3km gelopen.
Hier zagen we alweer iets op het dak staan van een woning. Dus hierbij de tip in de deze omgeving: Kijk ook eens naar boven.
Na de verkwikkende wandeling was het nog steeds lekker weer, dus konden we voor het hotel op een terras nog van een lekkere Weißen en witte wijn genieten. Daarna op de kamer met hetzelfde recept nog een paar bladzijden lezen en lekker slapen.

Elbe

Elbe

Der Hansehafen, Stade

Am Wasser West, Stade

Bürgermeister-Hintze-Haus, Am Wasser West, Stade

Ss. Cosmae et Damiani, Stade

in het Alte Rathaus, Stade

in het Alte Rathaus, maquette, Stade

Ss. Cosmae et Damiani (door de Poststraße), Stade

"Von dem Fischer und seiner Frau"-Brunnen, Pferdemarkt, Stade

Pferdemarkt, Stade

putdeksel, Pferdemarkt, Stade

Sattelmacherstraße, Stade

Rathaus (1667), Stade

Die Fischfrau von F. Müller-Benecke am Hansehafen, Stade

Stade

Himmelpforten

Beverstedt

Weser (pont Brake-Sandstedt)

Weser (pont Brake-Sandstedt)

Elsfleth

Elsfleth

Elsfleth

Elsfleth

kamer Hotel-Restaurant Alte Mühle, Elsfleth







Dag 10: van Elsfleth naar Leer

k  a a r  t  10      

Hotel-Restaurant Alte Mühle, Elsfleth

Na goede nacht slaap, konden weer aan het ontbijt verschijnen. Wat zouden we vandaag nog doen? We zaten vlakbij Oldenburg. Bovenlangs hadden we al gezien, dus dan maar onderlangs. Met een grote boog. Onze oog viel op een wel heel Friese plaatsnaam: Friesoythe, dus daar zouden we het dan maar op aansturen en daarna doorrijden naar Leer.


      Friesoythe
Dus op naar Friesoythe.
We reden Elsfleth uit over de 212 tot Hüntebrück. Hier reden over de Hunte en konden we ook even langs de Hunte rijden over de L866. Bij Wüsting vervolgden we de weg K348, L868 en L871 tot aan Kirchhatten. Hier reden we met de L888 het Naturpark Wildeshauser Geest in. Bij Dingstede gingen we rechtsaf richting Brettorf. Voor Brettorf weer rechts naar Neerstedt over de K236. Aan het einde van de weg linksaf de K242 op. Na Amelhausen rechtsaf de K238 volgen tot Großenkneten. Hier rechtdoor met de L871 door Sage, over de autosnelweg 29, tot Garrel. Hier naar rechts over de L835 en deze volgen tot onze eerste koffiestop van vandaag
Friesoythe.
Het is dat er een mooie weg naar toe gaat, maar Friesoythe heeft ook last van de oorlog gehad. Het was vroeger mooier dan nu, zo te zien aan de oude foto's die her en der langs de kant van de weg staan om te laten zien hoe het er vroeger was.
We zaten ook hier weer bij een bakkerij koffie te drinken en bij het afrekenen was het niet helemaal goed gegaan. Ik had kennelijk het bonnetje van m'n voorganger afgerekend, want er stond een andere küche op de bon en ook nog goedkoper. Dus maar even dit rechtgetrokken bij de kassa. Het meisje was verbaasd, en blij met deze eerlijkheid.
Er stroomt nog wel een leuk beekje door het centrum: Soeste, dat heeft de oorlog gelukkig niet kunnen verwoesten.
De verbintenis met het Friese is natuurlijk overduidelijk. Ook in het stadswapen komt het terug. In het Seeltersk-wiki staat hierover dat er 2 Poapskenbleede in staan. En dat zijn natuurlijk in het Fries "Pompeblêd", en dat zijn de bladen van de gele plomp, wat weer verwijst naar de zeven Friese zeelanden met z'n zeven Pompebloader in hun vlag. Het wapen van Denemarken had vroeger ook deze blaadjes. Nu lijken het meer hartjes. Net als bij de Groningse vlag, welke dus ouder is dan de Friese provincievlag. Hierin staan ook de op blaadjes lijkende hartjes. En zo zijn er nog meer, net anders gestileerde vormen bekend: Seeblatt.
Dit vergt echter -net als andere hier genoemde onderwerpen- nog verdere onderzoek.
Nadat ik bij the Phone House Sylvie van der Vaart-Meis tegenkwam en daar mee op de foto mocht, gingen we de reis maar eens voortzetten.

Via de L832 verlaten we deze stad. Na Barßel rijden we gelijk op met de L827 naar Hengstforde, waarna we de L821 volgen naar Leer, waar we een dik uur later aankwamen.


      Leer
Het winkelcentrum ziet er eender uit als vele andere steden. Aan het einde van de winkelstraat is er nog een Alt-Stadt, wat aangeeft dat Leer een stuk minder geleden heeft in de laatste oorlog. We proberen nog te genieten van deze dag, al weten dat het einde van de vakantiereis nadert, zodra we weer Nederland binnenrijden. Dus nemen we nog maar een terrasje van
Zur Waage und Bürse aan het water van de haven van Leer. Hier bespraken we, wat we vonden van de grote kasten die we gezien hadden bij "Das Altes Packhaus". Nadat we langs het haventje terug zijn gelopen, gingen we terug naar de auto en reden we langs de oude vesting Leerort, over de 436 richting Weener en de andere dorpjes als Stapelmoor, Diele, Stapelmoorerheide, Wymeer, Heerenland en Kloster Dünebroek, die we drie weken geleden hadden bezocht, om de begraafplaatsen te bekijken, op zoek naar familienamen.

Na dit enerverende gebeuren mochten we de volgende dag nog een dagje niksen in een van de Veluwse sauna's. Uitrusten ;-)






Deel 1: Reisverslag
Deel 2: Literatuuronderzoek
Deel 3: Literatuurlijst

Friesoythe

Friesoythe

Friesoythe

Leer

Leer

Leer

Leer

Leer

Leer

Leer






Begraafplaats van Große Kirche Emden
Johannes Buisman
geb. zu Jemgum
den 17 Juli 1762,
gest. zu Emden
den 21 October 1846.

Dessen Ehefrau Hilke
geh. Garrels, geboren
zu Westerhusen
den 31 Januar 1764,
gest. zu Emden
den 3 Januar 1832.

Deren Sohn Johannes
geb. den 27 Mai 1797,
gest. den 2 Juni 1825.
Max Schulze
17.7.1890 - 7.4.1944
Katharina Schulze
geb. Jetses
20.6.1891 - 30.3.1967
Hugo Dirks
27.9.1900 - 27.7.1969
Margarethe Dirks
geb. Dinter
9.4.1901 - 20.6.1985
Begraafplaats van Neue Kirche Emden
Luise Schoon geb. Klaassen
9.3.1910 - 11.2.1970

Friedrich Schoon
5.9.1909 - 21.11.1980

Gerhard Klaassen
29.9.1876 - 14.11.1929

Georgine Klaassen geb. Wegener
9.4.1880 - 2.4.1964
Adam Folkers
27.2.1857 - 21.8.1897

Johanne Folkers
4.3.1890 - 24.2.1938

Christine Folkers
1-.--.1884 - 13.8.1968
familie Staal
Een week eerder hadden een aantal dorpen nabij Bunde bezocht en gekeken of hier nog bekende familienamen zouden voorkomen op de diverse begraafplaatsen. Het resulteerde in een klein lijstje met namen.
Begraafplaats van Evangelisch-reformierte Kirchengemeinde in Stapelmoor
BUSEMANN
Gerhardine
4.11.1876 - 12.2.1935
Bront Jans
23.4.1874 - 07.10.1952
Johann E.
x.8.1901 - 28.4.1941

Engelbert Busemann
15.7.1907 - 19.5.1979
Johanne Busemann geb. Peters
30.10.1906 - 2.1-1985
Jan Sanders Kievit (Malermeister)
18.9.1856 - 10.5.1926
Hinderika Kievit geb. Stock
25.1.1854 - 11.12.1894
Annette Kievit geb. Stock
x.1.1858 - 21.12.1935
Teelke Wildeboer
22.8.1900 - 12.6.1956
Trientje Wildeboer
15.9.1904 - 30.6.1987
Begraafplaats van Evangelisch-reformierte Kirchengemeinde in Wymeer
Hinrich Gerhard Busemann
9. Mai 1861 - 5. Juli 1936
Aaltje Busemann geb. Brouwer
25. Juli 1861 - 5. Nov. 1892
Jan Frieseman Viëtor
geb. zu Mitling
d. 22. Sept. 1776,
seit 1801 Prediger
zuerst in Oldenzijl,
dann in ten Boer und endlich
seit 1807 hieselbst,
gestr. d. 3. Juni 1852

Hinderika Viëtor,
geb. Van der Tuuk,
geb.d. 26. Mai 1787.
gest.d. 5. Janr. 1859.

Dem Andenken des Theuren
gewidmet von der Wittwe
und den Kindern.

Was soll ich predigen?
Das Heu verdorret,
die Blume verwelket;
aber das Wordt unsers Gottes
bleibt ewiglich.
Jes. Cap. 40 v.6,8.

Martin Herm. Busemann
30.9.1912 - 15.10.1970
Feena Busemann geb. Aeissen
19.1.1918 - 11.7.2001
Hier ruht unser liebes Söhnchen
Aeisse J. Busemann
20.2.1937 - 20.9.1937
Etta Johanna Busemann geb. Aeissen
19.1.1910 - 11.11.1983
Zum Gedächtnis an
Johann H. Busemann
22.1.1909 - 6.1.1946 in Klinzi Russland

Stoffer Sap
19.5.1927 - 3.4.1991
Harmina Sap geb. Kuiper
24.7.1926 - 10.10.1994
Harm Kuiper
19.1.1898 - 11.9.1970
Geeske Kuiper geb. Willems
17.6.1899 - 22.6.1972
Gebke Kuiper
12.3.1920 - 1.3.1946
Christian Fokken
30.8.1894 - 6.7.1984
Janna Fokken geb. Kuiper
27.9.1896 - 31.7.1983
Bij Kloster Dünebroek zijn we de grens over gegaan en reden we over de Hoofdweg Bellingwolde door. Aan deze weg kwamen we de volgende zaken tegen:

'Oldambster boerderij' met 3 lagen ramen voor de zaadzolder - Hoofdweg, Bellingwolde
zie ook dag 3
Even verderop kwamen we de laat gotische Hervormde kerk van Bellingwolde tegen. Hier lagen nog een aantal oude grafstenen, welke grotendeels voor mij op dat moment onleesbaar. Wel herkende ik op een van de stenen een herkenbaar wapengedeelte: op een grasgrond een boom, waartegen een omgewend hert klimt. Dit ben ik ook tegengekomen in het wapen van de familie Van der Tuuk.
Dekplaat van een graf met een wapen verwijzend naar de Upstalsboom en jachtrecht.






Natuur links:

Natuurinformatie.nl: Het ontstaan van de Nederlandse duinen

Doorsnede Hollandse kust omstreeks 6000 jaar geleden (zeeniveau 7 m beneden NAP)






'Kruistocht in Spijkerbroek'
'Rondje om Zwitserland'
'weekendje Noord-Groningen'
'Ontdekking van de Vrije Friezen'
'Hanzesteden aan de Oostzee'
'Friesland - provincie in Nederland'
'Friesland uit het veen'
'Aan de oevers van de Schelde'
'Rondom de Gelderse IJssel'
'Binnen en rondom de Westfriese Omringdijk'
'De Ommelanden'
'Het Bildt'











Op zoek naar een mooi, leuk en uniek kado? Ga in nieuw scherm naar mijn PASFOTOBOEKJES en schrijfboekjes of PASFOTOBOEKJES en schrijfboekjes "Italian Collection"-site.
Of bekijk de kleurrijke schilderijen-expositie van m'n broer. Deze schilderijen zijn ook gebruikt als omslag voor de pasfoto- en schrijfboekjes.