Mensen
HET GENOOTSCHAP
OFFICIEEL ORGAAN VAN HET GENOOTSCHAP TER BEVORDERING EN
VERBREIDING VAN NUTTELOZE KENNIS, 5e JAARGANG NUMMER 2
Vroege Philips-reclame voor droogscheerders
De firma Philips heeft aangekondigd met behulp van een nieuw model
scheerapparaat de strijd aan te willen binden met de oprukkende
natscheerders. Een toenemend aantal vrinden van het natuurlijke hebben
ervoor gezorgd dat de populariteit van het droogscheren achteruitkachelde
en Philips heeft het al zo moeilijk. Maar ondertussen, hoog tijd om te
denken aan een huishoudelijk reglement voor de bedreigde natscheerder.
De belangrijkste kwestie is natuurlijk wanneer kwast, zeep en mes te
hanteren? De meeste mannen hebben een vast ochtendritueel waarbij
plassen, wassen, scheren en poetsen een onwrikbare plaats innemen. Wie
altijd begonnen is met de tanden, zal de aanvang der werkzaamheden onder
de douche nooit bevallen. Wie gewend is om eerst te scheren, zal
behoorlijk wat puimsteen nodig hebben wanneer de routine in de war is
gegooid.
De meest onlogische volgorde is natuurlijk poetsen, poedelen, nat
scheren. Wat is er prettiger en doelmatiger dan de sporen van tandpasta
en scheerzeep tenslotte weg te wassen onder de douche? Toch leren veel
speelfilms ons, dat beginnen met een washandje en eindigen met het mes
een veel voorkomende volgorde is. Meestal ligt daarbij de verovering van
de vorige avond op het omgewoelde bed toe te kijken. Nog merkwaardiger
aan deze volgorde is, dat deze natscheerders tot slot even de handdoek
nemen om de zeepresten weg te vagen. (Men komt op het witte doek ook een
variant tegen: vader scheert zich terwijl hij zijn interlockje, zijn
pantalon, de sokken en schoenen al aan heeft, waarbij de bretellen losjes
over zijn heupen hangen.)
Angt en vrees
Onderzoek leert, dat het tot slot van de ceremonie met de handdoek
wegvagen van de resten zeep bekend is, doch buitende film weinig
gepraktiseerd wordt. Echter de vrees is ongegrond, dat men hierdoor op
enig moment van de dag in een regenbui geconfronteerd zal worden met
zelfinzepende wangen. De scheerzeep is doorgaans in zo'n verdunde
toestand gebracht, dat het nauwelijks meer zeep mag heten. Ook angst voor
trekkende wangen is dan overbodig.
Het behoeft geen betoog, dat scheerzeep uit een tube komt of van de staaf
en vervolgens met een kwast van dassehaar tot schuimen wordt gebracht.
Wie de spuitbus neemt is geen vrind van het natuurlijke en kan net zo
goed een Philishave aanschaffen.
Onopgelost is nog de kwestie van de probate techniek. Is een keer neer
voldoende? Of een keer op? Of een keer op en nog een keer neer? Hoewel
het scheermes vorm gegeven is naar de meest soepel beweging, de
neergaande is de opgaande lijn de meest effectieve. Hierbij gaat wel de
kwestie van het mesje met braam opspelen. Zoals bekend onder
natscheerders, bevat elk pakje scheermesje er van oudsher één met braam.
In Europees verband zouden eens afspraken gemaakt moeten worden over welk
mesje de standaardbraam krijgt. Want de psychologie van de
ochtendscheerder verbiedt hem na de eerste haal nog tot een snelle
mesjeswissel over te gaan. Gevolg: een gezicht alsof je zojuist door een
spiegelruit bent gelopen. Zoals eerder aangeduid is een staafje puimsteen
een probaat middeltje tegen japen en halen. Het voldoet aanzienlijk beter
dan een reepje hansaplast.
Tot slot hoort het gezicht besprenkeld te worden tegen het trekken van de
huid. Hiertoe voldoet een stevig prikkelend watertje. Hoewel tegenwoordig
ook after-shave verkrijgbaar is, die zacht ingemasseerd moet worden, weet
de natscheerder dat zoiets alleen voor droogscheerders bedoeld kan zijn.
Tot de uitmonstering van de natscheerder behoort uiteraard ook de
scheerspiegel. Deze heeft een overbodige achterkant, die het gezicht
vervormt tot een clownesk konterfeitsel. Maar dan ook: een natscheerder
gebruikt die spiegel natuurlijk nooit.
Ruud Verdonck